Het volgende is van belang in verband met het Nederlandse beleid voor gezinsbijslagen. Het kabinet, met een deel van de Tweede Kamer,streeft naar drastische beperking van de export van kindregelingen- de belangrijkste is de kinderbijslag – voor kinderen wonende buiten Nederland van wie de ouders in Nederland (of bijv. als grenserkers buiten Nederland) recht op Nederlandse kindprestaties hebben. Voor landen buiten de EU is dat al ten dele gelukt. Beperking komt of neer op volledige opheffing van de exporteerbaarheid van deze Nederlandse regelingen, of door toekenning van een woonlandindexatie, d.w.z. afstemming op de veelal lagere kosten van levensonderhoud van de kinderen in het woonland. (Die afstemming zal dan overigens waarschijnlijk niet inhouden dat hogere kosten tot ene hogere kinderbijslag zouden leiden, wat denkbaar zou zijn voor een land als Noorwegen. De zorgbijdrage kent weliswaar een woonlandfactor groter dan 1, maar in ander verband is al uitgesproken dat verhoging van Nederlandse uitkeringen naar woonlanden buiten de EU/EER niet aan de orde zal zijn).
Binnen de EU (en EER en Zwitserland) geldt krachtens Vo883/2004 een plicht tot export van gezinsbijslagen, zij het met wat coördinatievoorschriften indien ouders bijv. in verschillende staten wonen. Het kabinet blijft ook voor de EU inzetten op hetzij het woonland van het kind verantwoordelijk maken voor de kindregelingen, hetzij indexatie, maar ondervindt maar betrekkelijk weinig steun tot heden bij andere EU-staten. Het kabinet verwacht niet dat binnen het huidige traject van wijziging vo883/2004 haar inzet beloond zal worden, maar blijft daarin toch doorgaan. Bovendien zal de bestaande internationale jurisprudentie nog eens worden doorgespit om te bezien welke aanknopingspunten voor beperking daar al inzitten.
Bij gepensioneerde verdragsgerechtigden zal het aantal kinderen dat in aanmerking komt gering zijn (hoogstens een paar duizend) , voor ZVW verzekerden die bijv. grensarbeid in Nederland verrichten waarschijnlijk meer, en uiteraard zijn er nogal wat situaties dat (een van de) ouders in Nederland wonen en kinderen elders zijn achtergebleven.
Lees verder in dit document (pdf formaat) met daarin wat meer informatie over het kabinetsbeleid.
Evert Kleingeld zegt
Prima beleidsvoornemen van de Nederlandse regering. Ik denk dat een grondige hervorming van VO 883/2004 onvermijdelijk is geworden. En in vele EU landen wordt er precies zo over gedacht. Daarom zijn de Britten er ook uit gestapt.
En bij de bilaterale sociale zekerheidsverdragen is het al helemaal geen probleem. Gewoon doen – in goed overleg – en als het verdragsland niet meewerkt gewoon eenzijdig opzeggen. Sinterklaas bestaat niet meer. De zak is leeg.
Jan de Voogd zegt
Het zit er niet in dat Vo883/2004 snel een woonlandbeginsel voor gezinsbijslagen zal krijgen. Er is noch bij de EC (zit ook niet in de huidige voorstellen tot wijziging vo883/2004 van deze EC) noch bij veel lidstaten steun voor te vinden. Ik citeer uit het genoemde document:
” Tijdens de formele Raad Werkgelegenheid en Sociaal Beleid van 7 december 2017 heb ik aangegeven dat Nederland een voorstander is van de mogelijkheid om de gezinbijslagen te kunnen indexeren, waardoor de hoogte van de regeling past bij de kosten voor levensonderhoud in de betreffende lidstaat.
Tijdens het Algemeen Overleg van 30 november 2017 heb ik uw Kamer laten weten dat het binnen het huidige Europese krachtenveld onwaarschijnlijk is dat deze wijziging kan worden bewerkstelligd. Een groot aantal Europese landen vinden indexatie discriminerend. Ook ontbreekt steun bij de Europese Commissie, dat het initiatiefrecht voor wetgeving heeft. Naast Nederland hebben vier lidstaten (DUI, OOS, DEN en IER) zich uitgesproken als voorstander van indexatie. Het is nog niet duidelijk of de nieuwe Duitse regering het standpunt van de vorige handhaaft.
De CRvB heeft voorts diverse uitspraken gedaan waarbij de indexatie ingevoerd in ANW- en AKW-uitkeringen voor andere landen moest worden teruggedraaid, hetzij omdat de tekst van het bilaterale verdrag het eiste, hetzij vanwege EU recht. Het ging bijv. om Turkije, Marokko en Kaap Verdië. Wijziging van de bilaterale sz-verdragen, wat voor een groot aantal verdragen nodig is, verloopt moeizaam.
Evert Kleingeld zegt
Waar een wil is, is een weg. Zie hier met Marokko. Eerst wilde Marokko niet meewerken, toen zegde Nederland het verdrag eenzijdig op, en een maand later was het allemaal geregeld. Kinderbijslag vanaf 2012 gestopt.
Akkoord over aanpassing sociale zekerheidsverdrag Marokko – Nieuwsbericht | 05-06-2016 | 18:06
Het kan dus wel.
Jan de Voogd zegt
Ja, het kan wel. Maar het proces van verandering van bilaterale sz-verdragen verloopt moeizaam. En de CRvB voorkomt dat het woonlandbeginsel wordt toegepast voordat het verdrag is gewijzigd. Dat is in diverse arresten van de afgelopen week ook weer eens gebleken (Indonesie bijv.). En, zoals je zelf wel eens gezegd hebt, de andere staat moet aan zo’n verandering van ene verdrag wel willen meewerken. Bij het geheel opzeggen zijn dan andere paragrafen van een sociaal zekerheidsverdrag ook in geding, zoals (wederzijds) soms het verdragsrecht op zorg of rechten op zorg bij tijdelijk verblijf.
Ik wees er echter op dat het huidige kabinet zelf constateert dat het perspectief van verandering van Vo883/2004 dat daarvoor voor EU/EER staten (en Zwitserland) nodig is ver weg is aangezien er erg weinig steun voor te vinden is bij de lidstaten. Dus dat zie ik voorlopig niet gebeuren. Het zou ook de uitvoer naar het buitenland van wettelijk nabestaandenpensioen (ANW) en de WGA-uitkering raken als het wel zou gebeuren.
Het lijkt me niet dat de huidige mogelijkheid van onverkorte uitvoer daarvan als een sinterklaascadeau moet worden beschouwd. Zeker ANW pensioen is dan wel een erg klein cadeautje.
Evert Kleingeld zegt
Het kabinet en de verantwoordelijke Minister kunnen prima beoordelen of het verantwoord is een verdrag op te zeggen als drukmiddel om het woonlandbeginsel in een nieuw verdrag opgenomen te krijgen. Is het in feite een one-way street waarbij er alleen miljoenen/miljarden 1 kant opgaan en er niets terug komt zoals met b.v. Marokko en Turkije dan kan de Minister dat gewoon doen en dan zal het ontvangende land snel eieren voor zijn geld kiezen.
Het woonlandbeginsel is dus ook de basis voor de woonlandfactor. Het geldt dus voor verdragsgerechtigden dus waarom zou het niet voor verdragslanden gelden?