Selecteer een pagina

Petitie over voorkomen van pensioenkortingen

okt 20, 2019

In ieders aandacht aanbevolen:

https://voorkompensioenkortingen.petities.nl/

7 Reacties

  1. Rekenrenten
    NL = 1,2 %, Italie = 3,4 %, EU-gemiddelde = 2,4 %.
    Daar tegenover :
    Gemiddelde opbrengst beleggingen NL pensioenfondsen = ong. 7 %.
    Vraag :
    Hoe kan de B.V. NL deze rekenrente voor NL verklaren ?
    Misplaatste zuinigheid ?

    Antwoord
  2. De toegepaste rekenrente moet gerelateerd zijn aan de gemiddelde toekomstige investeringsrendementen van de pensioenfondsen; aangezien die pensioenfondsen ook in Aandelen hebben belegd die ook op lange termijn gemiddeld een zeer goed (dividend) rendement geven, is de verwijzing naar de huidige negatieve renten stand van de ECB een emotioneel doch geen zakelijk argument voor de nu toegepaste lage NL rekenrente. CONCLUSIE: pas rekenrente aan op basis van verwachtingen van aandelen investeringens rendementen …… pas daarna is er een basis voor een zakelijke discussie over een eventuele aanpassing van de pensioenen …… het zou best wel eens tot een (extra) verhoging van de pensioenen kunnen leiden

    Antwoord
  3. De beide seniorenorganisaties, gesteund door Vereniging van Gepensioneerden Pensioenfonds PGB (VVG-PGB) en Vereniging van Oud Hoogovens Medewerkers (VOHM), hebben op 23 september 2019 de Nederlandse Staat gedagvaard.
    Zij zijn van mening zijn dat de Nederlandse pensioenwetgeving in strijd is met Europese regels. Door een verkeerde omzetting van die regels in de Pensioenwet is het indexeren van pensioenen ten onrechte al jaren niet mogelijk. Erger nog: gevreesd moet worden dat de pensioenen binnenkort zelfs (weer) gekort moet worden.

    Lees verder op: https://www.stichtingpensioenbehoud.nl/

    Antwoord
  4. Betreft Schriftelijke antwoorden op de begroting SZW voor het jaar 2020

    Hierbij zenden wij u de antwoorden van meer feitelijke aard, welke zijn gesteld tijdens de eerste termijn van de zijde van de Kamer bij de behandeling van de Begroting van Sociale Zaken en Werkgelegenheid voor het jaar 2020 (35 300-XV). De Minister van Sociale Zaken De Staatssecretaris van Sociale zaken en Werkgelegenheid, en Werkgelegenheid,

    Vraag: Waarom laat de regering zich in de discussie over pensioenkortingen gijzelen door de ECB? Waarom past de regering de rekenrente niet aan, zodat de pensioenfondsen weer kunnen indexeren?

    Antwoord: Zoals recentelijk toegelicht in mijn brief over het handelingsperspectief voor het voorkomen van pensioenkortingen en het bijbehorende debat daarover van 21 november 2019, zie ik het aanpassen van de rekenrente niet als een oplossing voor het verbeteren van de financiële positie van pensioenfondsen. Het zal juist een groter probleem creëren. Het verhogen van de rekenrente betekent namelijk dat we rendementen waarvan we niet weten of we ze zullen behalen, nu al uitdelen. Daarbij leidt verhoging van de rekenrente tot een forse en blijvende herverdeling van pensioenvermogen van jongere naar oudere generaties. Volgens mij is dat iets wat we niet moeten willen. De minister wil juist werken aan een stelsel waar collectiviteit, solidariteit en de verplichtstelling de basis zijn en een stelsel dat ook op de lange termijn houdbaar is.

    Antwoord
  5. Vraag: Bestuurders van pensioenfondsen hebben te hoge salarissen. SP stelt voor deze salarissen te maximeren op de Balkenendenorm. Wil de minister zich hiervoor inzetten?

    Antwoord: Vooropgesteld staat dat de minister goed uw zorgen begrijpt over hoge beloningen in de pensioensector, zeker tegen de achtergrond van de moeilijke positie waarin veel pensioenfondsen zich bevinden. Het is belangrijk dat verantwoord met de pensioengelden van deelnemers wordt omgegaan. Maar het kabinet is niet voornemens over te gaan tot wettelijke maximering van de inkomens van pensioenfondsbestuurders. Pensioenfondsen zijn op grond van het Besluit financieel toetsingskader pensioenfondsen al gehouden aan het voeren van een beheerst beloningsbeleid, dat niet aanmoedigt tot het nemen van meer risico’s dan voor de organisatie aanvaardbaar is. Hiernaast geldt dat pensioenfondsen geen publieke instellingen zijn, maar opgericht voor en door werkgevers en werknemers. Het is aan deze partijen om afspraken te maken over het beheer van het pensioenfonds, waaronder het beloningsbeleid. De vertegenwoordigingsorganen zoals het verantwoordings- en belanghebbendenorgaan hebben hiertoe diverse advies- en goedkeuringsbevoegdheden.

    Antwoord
  6. Vraag: Hoe legt de minister aan jongeren uit dat het voor hen nog aantrekkelijk is om mee te doen aan dit pensioenstelsel? Waarom is het nuttig om pensioen op te bouwen via een stelsel waarbij de vraag steeds groter wordt wat je er nog voor terugkrijgt?

    Antwoord: Het is voor iedereen belangrijk om op tijd te sparen voor een aanvullend pensioen, zowel voor jong als oud. Dat geldt altijd. De recente discussie over kortingen zou daar niet aan af moeten doen. In de brief van 20 november jl. heeft de minister een maatregel aangekondigd om in 2020 kortingen zoveel mogelijk te voorkomen. Het betreft een tijdelijke regeling. De nog te publiceren ministeriële regeling, die de kortingen voor 2020 zal voorkomen of verzachten, geldt dus alleen voor volgend jaar. Het generatie-effect blijft daardoor gelukkig beperkt. Een andere voorwaarde bij gebruik van de regeling is dat een fonds verantwoordt waarom het gebruik van de regeling evenwichtig is. Het klopt dat, wanneer een pensioenfonds gebruikmaakt van de regeling, het beperkte generatie-effect gedragen wordt door de jongere deelnemers. Gebruikmaken van de regeling, in combinatie met het stabiel houden van de pensioenpremie dan wel de pensioenopbouw, zorgt voor evenwicht tussen alle generaties, werkenden en gepensioneerden. Daarnaast geldt er een ondergrens van 90% dekkingsgraad, om te voorkomen dat een fonds te ver kan wegzakken. Dat zou namelijk het draagvlak en het vertrouwen in het pensioenstelsel kunnen ondermijnen en mogelijk de verplichtstelling onder druk zetten.

    Antwoord
  7. Vraag: Hoe kan de minister beweren dat hij zorgt voor een evenwichtige koopkrachtontwikkeling, als de koopkrachtkloof tussen werkenden en gepensioneerden jaar na jaar groter wordt?

    Antwoord: Het inkomen van gepensioneerden bestaat uit de AOW met eventueel aanvullend pensioen. De AOW loopt mee met de ontwikkeling van het minimumloon en zodoende met de gemiddelde cao-loonontwikkeling. De ontwikkeling van het aanvullend pensioen, dat in principe volgt uit afspraken tussen werkgevers en werknemers, hangt af van de financiële situatie van het pensioenfonds. Hierbij geldt wet- en regelgeving die erop gericht is om te borgen dat aanvullende pensioenen nu en in de toekomst kunnen worden uitgekeerd. Bij aanvullende pensioenen geldt dat de meeste fondsen de laatste jaren niet hebben kunnen indexeren, hetgeen meteen zichtbaar is in de koopkracht van de huidige gepensioneerden. Dat is een belangrijke reden dat de koopkrachtontwikkeling van gepensioneerden achterblijft bij de koopkrachtontwikkeling van bijvoorbeeld werkenden. Tegelijkertijd geldt dat dit ook gevolgen heeft voor de pensioenuitkering die de huidige werkenden na hun pensionering tegemoet kunnen zien. Omdat dit effect zich pas later voordoet, is dit op dit moment nog niet zichtbaar in de koopkrachtcijfers. Naast de ontwikkeling van de AOW en het aanvullend pensioen wordt de koopkrachtontwikkeling van gepensioneerden uiteraard beïnvloed door wijzigingen in belastingen en toeslagen. Het kabinet heeft afgelopen augustus besloten om de lasten met € 2,3 miljard extra te verlichten. Zo groeit het tweeschijvenstelsel al in 2020 in, een jaar eerder dan gepland. Hier profiteren ouderen met een hoger aanvullend pensioen ook van. Daarnaast zien AOW’ers de hogere algemene heffingskorting terug in een hogere AOW-uitkering, die ook regulier wordt geïndexeerd zodat deze meeloopt met de lonen. Voor de groep AOW’ers zonder of met een klein aanvullend pensioen vallen het verhogen van de zorgtoeslag en het afschaffen van de harde inkomensgrens in de huurtoeslag gunstig uit.

    Antwoord

Laat een reactie achter voor Jan de Voogd Reactie annuleren

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Met het plaatsen van een reactie accepteert u het privacybeleid.