Verdrag inzake sociale zekerheid tussen het Koninkrijk der Nederlanden en de Republiek Kosovo; ‘s-Gravenhage, 17 september 2020 (Trb. 2020, 103)
TOELICHTENDE NOTA
Daaruit:
Op 17 februari 2008 verklaarde Kosovo zich onafhankelijk van Servië. Nederland heeft op 4 maart 2008 de onafhankelijkheid van Kosovo erkend. Vanaf dit moment bleven de afspraken met Kosovo op het terrein van sociale zekerheid gebaseerd op het bovengenoemde verdrag van 1977. Op 1 mei 2019 werd tussen Kosovo en Nederland afgesproken dat de afspraken op basis van het verdrag van 1977 met Joegoslavië per 1 januari 2020 zouden worden beëindigd. Op grond van artikel 49, eerste lid, van het verdrag met Joegoslavië worden de rechten die met toepassing van dit verdrag zijn verkregen gehandhaafd na de opzegging van het verdrag. Rechten verkregen vóór 1 januari 2020 op grond van het verdrag met Joegoslavië zullen daarom worden geëerbiedigd. Het betreft hier alle uitkeringsrechten opgenomen in de materiële werkingssfeer zoals vermeld in artikel 2, eerste lid en onder A van het verdrag met Joegoslavië, wetende de: prestaties bij ziekte en moederschap, prestaties bij arbeidsongeschiktheid, uitkeringen bij ouderdom, uitkeringen aan nagelaten betrekkingen, werkloosheidsuitkeringen, gezinsuitkeringen en de bijzondere pensioenregelingen voor mijnwerkers.
Op 1 mei 2019 werd eveneens een intentieverklaring ondertekend waarin Nederland en Kosovo hebben verklaard zich in te zetten voor het aangaan van een nieuwe verdragsrelatie op het terrein van sociale zekerheid. Naar aanleiding hiervan heeft in december 2019 een onderhandelingsronde met Kosovo plaatsgevonden over een nieuw te sluiten socialezekerheidsverdrag. Tijdens deze onderhandelingsronde is overeenstemming bereikt over de tekst van een nieuw verdrag. Op 17 september 2020 werd het Verdrag inzake sociale zekerheid tussen het Koninkrijk der Nederlanden en de Republiek Kosovo (hierna: het Verdrag) ondertekend.
De materiële werkingssfeer van het Verdrag ziet voor Nederland op de export van AOW-uitkeringen en het mogelijk maken van vermogensonderzoeken in Kosovo in het kader van de sociale bijstand. Voor Kosovo betreft het de wettelijke pensioengerelateerde uitkeringen. De verschillen in de materiele werkingssfeer tussen het Verdrag en het verdrag met Joegoslavië vinden hun grondslag voornamelijk in het feit dat het socialezekerheidsstelsel van Kosovo minder uitgebreid en ontwikkeld is dan het oude stelsel van Joegoslavië, waardoor de materiële werkingssfeer van het oude verdrag niet meer aansloot bij de huidige situatie.Deze overwegingen hebben geleid tot een beperktere materiële werkingssfeer van het Verdrag.
0 reacties