Fiscale beleidsagenda 2019
Zie: https://www.rijksoverheid.nl/documenten/kamerstukken/2019/05/27/fiscale-beleidsagenda-2019
Daaruit:
Beëindiging overgangsrecht voor lijfrenten van vóór 2001 Een andere vereenvoudiging betreft de continuering van het overgangsrecht voor hybride lijfrentenvan vóór 2001. Bij de invoering van de Wet IB 2001 is overgangsrecht opgenomen voor de destijds bestaande (saldo)lijfrenten. Het gaat zowel om lijfrenten waarvan de premies in het geheel niet aftrekbaar waren (zuivere saldolijfrenten), als om diverse vormen van lijfrenten waarvan de premies deels wel en deels niet in aftrek konden worden gebracht (hybride lijfrenten). Het overgangsrecht eindigt op 31 december 2020. Op dat moment gaan deze lijfrenten in de regel van box 1 naar box 3 en moet in box 1 belasting worden betaald over de waarde van (dit deel van) de saldolijfrente verminderd met de niet-afgetrokken premies. In het pakket Belastingplan 2020 zal voorgesteld worden om voor de hybride lijfrenten het overgangsrecht per 1 januari 2021 niet te beëindigen en tevens de afrekenverplichting af te schaffen. Het in stand laten van de afrekenverplichting voor deze producten zou tot grote problemen voor de uitvoering leiden omdat de afrekenverplichting alleen voor het deel van de saldolijfrente geldt waarvoor geen premieaftrek heeft plaatsgevonden. Hierdoor zou na de beëindiging van het overgangsrecht (dus vanaf 2021) het product gesplitst moeten worden in een box 1- en een box 3-deel. Voor de zuivere saldolijfrenten blijft de beëindiging van het overgangsrecht en de afrekenverplichting wel in stand, omdat met deze producten uitstel van de uitkeringsfase en daarmee de belastingheffing in box 1 naar de zeer verre toekomst en soms ook naar andere generaties mogelijk is.
0 reacties