ECLI:NL:CRVB:2020:1590
Instantie Centrale Raad van Beroep Datum uitspraak 23-07-2020 Datum publicatie 27-07-2020 Zaaknummer 18/6135 ANW Rechtsgebieden Socialezekerheidsrecht Bijzondere kenmerken Hoger beroep Inhoudsindicatie
Woonlandbeginsel. Raad onderschrijft het oordeel van de rechtbank dat de Svb de nabestaandenuitkering van appellante niet met een verdergaande terugwerkende kracht dan tot 1 januari 2017 in het voordeel van appellante hoeft te herzien. Vindplaatsen Rechtspraak.nl
186135 ANW
Datum uitspraak: 23 juli 2020
Centrale Raad van Beroep
Enkelvoudige kamer
Uitspraak op het hoger beroep tegen de uitspraak van de rechtbank Amsterdam van 23 oktober 2018, 18/747 (aangevallen uitspraak) en uitspraak op het verzoek om veroordeling tot vergoeding van schade
Partijen: [appellante] te Tunesië (appellante)
de Raad van bestuur van de Sociale verzekeringsbank (Svb)
daaruit:
OVERWEGINGEN
1.1. Appellante woont in Tunesië en ontvangt vanaf 1993 een nabestaandenuitkering op grond van de Algemene nabestaandenwet (Anw). Bij besluit van 11 december 2012 heeft de Svb appellante meegedeeld dat de hoogte van deze uitkering met ingang van 1 januari 2013 wordt vastgesteld met toepassing van de zogeheten woonlandfactor. Het bezwaar tegen dit besluit is ongegrond verklaard. De rechtbank heeft bij uitspraak van 28 augustus 2015 het beroep tegen de beslissing op bezwaar ongegrond verklaard. Tegen deze uitspraak heeft appellante geen hoger beroep ingesteld. Dit betekent dat het besluit van 11 december 2012 rechtens onaantastbaar is geworden.
1.2. Naar aanleiding van de uitspraak van de Raad van 20 januari 2017, ECLI:NL:CRVB:2017:304 heeft de Svb bij besluit van 12 september 2017 ambtshalve beslist dat vanaf 1 januari 2017 het woonlandbeginsel niet meer wordt toegepast op de nabestaandenuitkering van appellante omdat dat in strijd is met het sociale zekerheidsverdrag dat is gesloten tussen Nederland en Tunesië. Bij besluit van 13 september 2017 heeft de Svb over de periode vanaf 1 januari 2017 een rentevergoeding toegekend.
1.3. Bij beslissing op bezwaar van 22 december 2017 (bestreden besluit) heeft de Svb het bezwaar van appellante tegen beide besluiten ongegrond verklaard. Hiertoe is overwogen dat toepassing van de beleidsregels ten aanzien van het terugkomen van rechtens onaantastbare besluiten ten voordele van belanghebbende (SB1076) in dit geval niet leidt tot een herziening met volledig terugwerkende kracht.
- De rechtbank heeft het beroep ongegrond verklaard. De rechtbank heeft hierbij verwezen naar vaste rechtspraak van de Raad waarin is geoordeeld dat de inhoud van inmiddels tot stand gekomen jurisprudentie, in dit geval de uitspraak van 20 januari 2017, op zichzelf geen grond voor het doorbreken van het rechtens onaantastbaar zijn van besluiten vormt. De Svb heeft overeenkomstig zijn beleid gehandeld. Van een fout van de Svb bij het nemen van het besluit van 11 december 2012 is met inachtneming van de destijds gelden wet- en regelgeving geen sprake geweest.
3.1. In hoger beroep heeft appellante herhaald dat de Svb de nabestaandenuitkering had moeten herzien met ingang van 1 januari 2013 nu sprake is geweest van een fout van de Svb en niet van een beleidswijziging van de Svb. Appellante heeft daarbij gewezen op het beleid van de Svb, neergelegd in SB1076. Ook moet over die periode wettelijke rente worden vergoed.
3.2. De Svb heeft gewezen op inmiddels bestendige rechtspraak van de Raad (onder meer ECLI:NL:CRVB:2016:4148 en ECLI:CRVB:2017:1561) waaruit blijkt dat de Svb niet gehouden is het recht op nabestaandenuitkering van appellante met terugwerkende kracht tot 1 januari 2013 te herzien.
- De Raad komt tot de volgende beoordeling.
4.1. De Raad onderschrijft het oordeel van de rechtbank dat de Svb de nabestaandenuitkering van appellante niet met een verdergaande terugwerkende kracht dan tot 1 januari 2017 in het voordeel van appellante hoeft te herzien en overweegt daartoe als volgt.
4.2. De Raad heeft met betrekking tot het woonlandbeginsel reeds geoordeeld dat het beleid van de Svb om niet verder terug te gaan dan de datum van de uitspraak die tot een nieuwe inzicht leidt, in beginsel niet in strijd is met nationale en internationale wet- en regelgeving. De Svb is in casu niet verplicht om naar aanleiding van nieuwe rechtspraak ambtshalve met volledig terugwerkende kracht terug te komen van het eerder genomen, in rechte onaantastbaar geworden, besluit. Vergelijk in dit verband de uitspraken van de Raad van 21 oktober 2016, ECLI:NL:CRVB:2016:4148, van 21 april 2017, ECLI:NL:CRVB:2017:1561 en van 5 september 2019, ECLI:NL:CRVB:2019:2912.
Ik vind dit echt een belachelijk standpunt, dat de weg vrijmaakt voor willekeur. Die mevrouw is jarenlang door de SVB tekort gedaan en nu hoeven ze slechts drie jaar lang aan te vullen. Het zal allemaal best volgens de geldende regels en de jurprud zijn, maar die regels zijn bepaald onterecht!
ECLI:NL:CRVB:2021:852 Centrale Raad van Beroep, 16-04-2021, 20/186 ANW
Datum uitspraak: 16-04-2021 Datum publicatie: 20-04-2021
Rechtsgebieden: Socialezekerheidsrecht Bijzondere kenmerken: Hoger beroep
Vindplaatsen: Rechtspraak.nl
Inhoudsindicatie:
Geen recht op nabestaandenuitkering. Appellante is geen nabestaande in de zin van de Anw, nu niet aannemelijk is dat de echtgenoot op enige grond moet worden aangemerkt als verzekerd voor de Anw op de dag van het overlijden. Geen grond voor verzekering ingevolge de Anw kan worden ontleend aan het feit dat de echtgenoot een ouderdomspensioen of een remigratie-uitkering ontving. De slechte financiële situatie van appellante leidt er niet toe dat zij recht heeft op een nabestaandenuitkering
ECLI:NL:CRVB:2021:2331 Centrale Raad van Beroep, 02-09-2021, 19/4519 ANW-PV
Datum uitspraak:
02-09-2021
Datum publicatie:
21-09-2021
Rechtsgebieden:
Socialezekerheidsrecht
Bijzondere kenmerken:
Hoger beroep
Vindplaatsen:
Rechtspraak.nl
Inhoudsindicatie:
De rechtbank heeft het beroep van appellante bij de aangevallen uitspraak verworpen op gronden die de Raad onderschrijft. Bepalend is dat de echtgenoot van appellante ten tijde van zijn overlijden niet verplicht of vrijwillig verzekerd was voor de ANW, terwijl hij toen evenmin ingevolge de Marokkaanse wetgeving verzekerd was. Uit het voorgaande volgt dat de aangevallen uitspraak moet worden bevestigd
ECLI:NL:CRVB:2021:2332
Instantie Centrale Raad van Beroep Datum uitspraak 02-09-2021 Datum publicatie 21-09-2021 Zaaknummer 20/2578 ANW-PV Rechtsgebieden Socialezekerheidsrecht Bijzondere kenmerken
Hoger beroep
Inhoudsindicatie
De rechtbank heeft het beroep van appellante bij de aangevallen uitspraak verworpen op gronden die de Raad onderschrijft. Uit voorgaande overweging volgt dat de aangevallen uitspraak moet worden bevestigd.
Vindplaatsen Rechtspraak.nl
Uitspraak 202578 ANW-PV
Centrale Raad van Beroep Enkelvoudige kamer
ECLI:NL:CRVB:2023:2267 Centrale Raad van Beroep, 30-11-2023, 20/2129 ANW
Datum uitspraak: 30-11-2023 Datum publicatie: 08-12-2023
Rechtsgebieden: Bestuursrecht; Socialezekerheidsrecht
Bijzondere kenmerken: Hoger beroep
Vindplaatsen: Rechtspraak.nl
Inhoudsindicatie:
Weigering nabestaandenuitkering toe te kennen terecht. Overleden echtgenoot was bij overlijden niet verzekerd voor de Anw. Ook niet daadwerkelijk verzekerd geweest voor de Tunesische wettelijke regeling. Dat hij op het moment van overlijden wel een Tunesisch ouderdomspensioen ontving en dat dit voor appellante en haar kind is omgezet naar een nabestaandenpensioen, leidt niet tot een ander oordeel.