Selecteer een pagina

CAK aangesloten op het EESSI

“Succesvolle invoering EESSI

Het CAK is per 3 juli 2019 aangesloten op EESSI (Electronic Exchange of Social Security Information), het digitale berichtenverkeer in Europa. Hiermee is het CAK trotse voorloper in Nederland. Met EESSI kunnen meer dan 10.000 organisaties binnen Europa op een uniforme, veilige en betrouwbare manier gegevens uitwisselen.

Het CAK ontvangt en verstuurt jaarlijks zo’n 100.000 berichten en declaraties van en naar het buitenland. Bijvoorbeeld wanneer een gepensioneerde zich bij een buitenlandse zorgverzekeraar wil aanmelden, de aanmelding van verzekeringsrecht van een grensarbeider of declaraties van ziektekosten die gemaakt zijn in het buitenland. Voorheen verliep het verwerken van zo’n aanmelding bijna volledig handmatig en via papier. Van brieven scannen en uitprinten tot postbezorging. Dat kon dagen of zelfs weken duren. Nu het CAK is aangesloten op EESSI, verlopen aanmeldingen en de afhandeling digitaal. Dit is niet alleen sneller; het voorkomt ook fouten en onnodige administratie. Bevestigingen van zorg in het buitenland zijn nu vrijwel direct binnen bij het CAK.

De eerste zestien landen zijn op 3 juli gestart met de uitwisseling. In de komende maanden volgt de rest. Het CAK heeft de aansluiting op EESSI binnen twee jaar volbracht. Iets waar we trots op zijn. Het is niet alleen een mooi resultaat voor het CAK, maar ook van belang voor de digitale positie van Nederland in Europa.

De goede samenwerking met betrokken landen en de Nederlandse zorgverzekeraars hebben bijgedragen aan de tijdige aansluiting. Daarnaast heeft de agile werkstrategie zich opnieuw bewezen. Het complexe systeem werd daarmee stapsgewijs ingevoerd en de eindgebruikers zijn van begin tot eind nauw betrokken geweest bij de implementatie. “

 

Zie: https://www.hetcak.nl/HETCAK/media/HetCAK/Over%20CAK/jaarmagazine/CAK_Jaarmagazine_online.pdf

9 Reacties

  1. Klinkt mooi! Voor een deel van de administratieve afwikkeling van grensoverschrijdende/ internationale declaraties.

    Aan de andere kant 1. “MijnCAK” werkt nog steeds niet voor de buitenland-taak van het CAK, en men zei mij dat zulks ook geen prioriteit heeft. Vreemd, omdat juist die betrokkenen/getroffenen bij uitstek behoefte hebben aan digitale toegang tot CAK. Niet dus.

    Aan de andere kant 2. Voor de zgn. pensioenlandzorg lijken de declaratie-drempels voor zorgzoekenden (in NL) eerder hoger dan lager te worden. D.w.z. dat je – mijn ervaringen – steeds vaker voor zorg in Nederland een blokkade op je EHIC-kaart krijgt, en zelf eerst moet betalen/voorschieten. Daarna moet je dan digitaal declareren bij GBR ZK en krijg je – als aan de voorwaarden (basispakket in NL) is voldaan – je rekeningen vergoed. Maar erg vriendelijk is dat niet.

    Het discrimineert ook in Nederland tussen zorgzoekenden die in Nederland wonen (zorgverzekeraar-Vecozo-gedekt) en zorgzoekenden die buiten Nederland wonen (met EHIC van CAK recht op NL basispakket via bevoegd orgaan GBR ZK). De acceptatie-drempels lijken zorg NL zorgverleners voor beide groepen verschillend. ten onrechte. Het stoort me al langer dat zorgverleners op basis van een CAK EHIC rekeningen in het kader van pensioenlandzorg niet rechtstreeks hoeven te declareren bij CAK. Vele doen dat wel (zoals mijn NL huisarts en een andere ziekenhuis, maar velen dus ook niet). Waarom dat onderscheid? Terecht of niet?

    In dat laatste kader: kent u het VECOZO-register? Het laatste half jaar werd mij door een NL ziekenhuis, een NL thuiszorg-organisatie en een NL apothekersgroep gezegd dat men mijn EHIC niet kon accepteren, en niet rechtstreeks kon declareren, omdat “ik niet in het Vecozo-register stond.” Volstrekte onzin en onterecht m.b.t. een beroep op de zgn. pensioenlandzorg, maar gebeurde wel.

    Misschien kan binnen de VBNGB eens geinventariseerd worden of er meer van dit soort “negatieve” ervaringen zijn met de pensioenlandzorg (van VBNGB-leden, die in NL zorg vragen). Ik heb correspondentie met Vecozo, CAK en GBR ZK waarbij men naar elkaar blijft wijzen. Onbevredigend vind ik de hele constructie in NL inmiddels wel. En verslechterend.

    Waarmee ik maar wil zeggen dat administratieve stroomlijning (EESSI, VECOZO) niet per definitie gunstig is voor de personen die een beroep doen op zorg en zorgverleners (in de EU dan wel in NL). Dat “op de borst kloppen” van CAK behoeft dus altijd (tenminste) een wenkbrauwfrons. Ook zijdens de VBNGB.

    Antwoord
  2. Mooi systeem, maar heden april 2020 moet de aansluiting bij een Belgische zorgverzekering voor een gepensioneerde verdragsgerechtigde nog steeds PER POST (op verzoek van CAK)??.

    Antwoord
  3. Er van uit gaande dat CAK Centraal administratie kantoor betekent het volgende. Het zorginstituut had via een gelegaliseerde vorm van diefstal een vordering op mij m b t ziekteverzekering. Dit werd overgenomen door het CAK, die ik enkele vragen stelde. Een antwoord werd nooit ontvangen; Dat zal nu zeker niet verbeteren.

    Antwoord
  4. “Mijn CAK” voor ons soort mensen is juist vertraagd door de aansluiting op het EESSI, die had prioriteit. Het is te hopen dat het het nu snel gaat komen. EESSI is overigens niet voor gebruik door verdragsgerechtigden zelf bedoeld.

    De kennelijk onvoldoende bekendheid bij artsen en apotheken van zorg in Nederland voor verdragsgerechtigden is bij de ALV naar voren gebracht. Kennelijk ligt het probleem nog breder. De VBNGB heeft dit als actiepunt aangenomen.

    Antwoord
  5. Roy,

    Je zegt: “De kennelijk onvoldoende bekendheid bij artsen en apotheken van zorg in Nederland voor verdragsgerechtigden is bij de ALV naar voren gebracht.”

    Dat was ik dus niet. Welke informatie heeft de VBNGB op dit punt gekregen? En waaruit bestaat het actiepunt (als dat al concreet gemaakt is)? Ik ga er ook nog meer werk van maken en dan is het handig om niet langs elkaar heen te werken.

    Antwoord
  6. Rudi,

    Zie het voorlopig verslag ALV:

    3. REACTIES OP DE STUKKEN
    Naast het genoemde commentaar op het ontwerp-Huishoudelijk Reglement zijn er voorstellen binnengekomen. Hieruit heeft het bestuur de volgende aanbevelingen overgenomen:

    f. Aandringen op een betere voorlichting van huisartsen en apothekers in Nederland over dekking van zorg naar keuze in Nederland

    Dit is heet van de naald, er is nog geen actieplan. Ik stel mij voor dat we om ervaringen van de leden vragen. Jouw correspondentie met verschillende instanties is daarbij natuurlijk waardevol. Verder moeten we navragen hoe de voorlichting in Nederland plaatsvindt of heeft plaatsgevonden.

    Antwoord
  7. Mijn ervaring is dat grote zorgverleners zoals ziekenhuizen, dan gaat het dus meestal om flinke bedragen, de EHIC accepteren en zelf bij ZK Buitenland declareren. Zij zijn op de hoogte. Kleinere zorgverleners, zoals huisartsen en apothekers, weten het niet of hebben er geen zin in omdat declaratie niet digitaal zou kunnen dus alleen per post. En er is geen declaratieverplichting. Mijn huisarts weigert en laat me het zgn. passantentarief contant betalen.

    Antwoord
  8. Beantwoording Schriftelijk Overleg Informele Raad Werkgelegenheid en Sociaal Beleid, 2 juli 2021

    EU sociale zekerheidsnummer
    6. D66: De leden van de D66-fractie vragen of de minister onderschrijft dat het eigenlijk jammer is dat de Commissie afziet van een voorstel voor een EU-sociale zekerheidsnummer. Deze leden vragen of de minister deelt dat een EU-sociale zekerheidsnummer wel degelijk mobiliteit van arbeid binnen de EU verder kan bevorderen, maar vooral ook de positie van werkenden kan versterken doordat heel helder is waar zij welke sociale zekerheid hebben opgebouwd. Deze leden vragen of de minister nog mogelijkheden ziet waarop het voorstel wel verder zou kunnen worden ontwikkeld en in welke mate het Electronic Exchange of Social Security Information (EESSI)-systeem voldoende zou kunnen werken om aan dit doel te voldoen.
    De introductie van een Europees sociaalzekerheidsnummer is geen doel op zichzelf. Het is vooral van belang dat in geval van grensoverschrijdende arbeid helder is in welke lidstaat werknemers verzekerd zijn, en waar de sociale premies verschuldigd zijn.
    De Commissie start volgens het actieplan voor de Europese pijler van sociale rechten dit jaar een pilot voor de ontwikkeling van een Europese Sociale Zekerheid Pas. Met deze digitale pas wil de Commissie de interactie tussen mobiele werknemers en de autoriteiten van de lidstaten faciliteren. Daarbij wordt voortgebouwd op het initiatief voor een betrouwbare en veilige Europese e-ID. Door voort te bouwen op de Europese e-ID en door gebruik te maken van blockchain verwacht de Commissie geen unieke identifier, zoals een EU-sociale zekerheidsnummer, nodig te hebben voor de identificatie of autorisatie van personen. In een eerste fase van deze pilot zal gefocust worden op de digitalisering van uitgifte en verificatie van PD A1-formulieren, waarbij de haalbaarheid van het gebruik van blockchain technologie bezien zal worden vanuit een technisch, organisatorisch en juridisch oogpunt. In een tweede fase zal ook naar andere procedures in de coördinatie van de sociale zekerheid gekeken worden. Aangezien veel van deze processen nu via EESSI lopen, ligt het in de lijn der verwachting dat tijdens deze pilot ook aandacht zal zijn voor de link met EESSI.
    Dit initiatief wordt vanuit Nederland met belangstelling gevolgd.
    Lees verder op: https://www.rijksoverheid.nl/documenten/publicaties/2021/07/08/bijlage-so-beantwoording

    Antwoord
  9. Vraag met verzoek om mondeling antwoord O-000071/2021
    aan de Commissie
    Artikel 136 van het Reglement
    Nikolaj Villumsen, Jeroen Lenaers, Marianne Vind, Dragoş Pîslaru, Elena Lizzi, Mounir Satouri, Elżbieta Rafalska
    namens de Commissie werkgelegenheid en sociale zaken
    Betreft: Invoering van een Europese socialezekerheidspas voor het verbeteren van de digitale handhaving van socialezekerheidsrechten en billijke mobiliteit
    Het Parlement vraagt de Commissie al sinds 2014 om voorlegging van een voorstel voor een Europees socialezekerheidsnummer (ESSN). De Commissie heeft in 2021 laten weten dat ze nog in hetzelfde jaar een proefproject zou starten om te bepalen of het mogelijk is uiterlijk in 2023 een Europese socialezekerheidspas (ESSP) in te voeren.
    1. De Commissie heeft in 2017 laten weten dat ze een ESSN zou invoeren, maar tot nu toe heeft ze geen concreet voorstel gepresenteerd. Kan de Commissie toezeggen dat ze het Parlement toegang geeft tot alle relevante documenten en bewijsstukken op basis waarvan ze besloten heeft de bestudering van de invoering van een ESSN stop te zetten?
    2. Er is hoogdringend behoefte aan een wetgevingsvoorstel voor een ESSP. Kan de presentatie van het desbetreffende voorstel naar voren worden gehaald van 2023 naar 2022, teneinde de kans te vergroten dat nog in deze zittingsperiode een akkoord kan worden bereikt?
    3. Hoe gaat de Commissie ervoor zorgen dat een ESSP het mogelijk maakt in real-time te controleren waar een werkende werkt, waar hij een arbeidsovereenkomst heeft, wat voor arbeidsovereenkomst dat is, wat zijn identiteit is, en wat zijn situatie is met betrekking tot gestandaardiseerde socialezekerheidsprestaties, bepalingen en relevante bescheiden, als bedoeld in Verordening (EG) nr. 883/2004 van 29 april 2004 betreffende de coördinatie van de socialezekerheidsstelsels?
    4. Kan de Commissie bevestigen dat de ESSP betrekking zal hebben op alle mobiele burgers en werkenden, met inbegrip van zelfstandigen, alsook alle mobiele onderdanen van derde landen?
    5. Hoe gaat de Commissie onderzoeken of het mogelijk is de lidstaten toe te staan de ESSP te gebruiken om informatie van nationale kaarten of vergelijkbare instrumenten, daar waar deze bestaan, te verzamelen voor doeleinden in verband met het arbeidsrecht? Kan de Commissie toezeggen dat zij gaat bekijken welke andere aspecten van het EU-arbeidsrecht in het toepassingsgebied van de ESSP zouden kunnen worden opgenomen?
    6. Op welke wijze zal de Commissie ervoor zorgen dat de Europese gegevensbeschermingsregels strikt worden toegepast, zodat alleen de werkende zelf en de desbetreffende nationale autoriteiten toegang tot gegevens hebben?
    7. Hoe zal een ESSP zich verhouden tot andere initiatieven en digitaliseringsprocessen, zoals de voorafgaande kennisgeving voor gedetacheerde werkenden, de e-ID, de Europese ziekteverzekeringskaart, de elektronische uitwisseling van socialezekerheidsinformatie (EESSI), en de ene digitale toegangspoort?
    Ingediend: 27.10.2021
    Vervalt: 28.1.2022

    Antwoord

Een reactie versturen

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Met het plaatsen van een reactie accepteert u het privacybeleid.