Selecteer een pagina

Brief FANF en VBNGB over woonlandfactoren vanaf 2023

In 2019 heeft het CBS (Centraal Bureau voor de Statistiek) in opdracht van het ministerie van VWS een onderzoek uitgevoerd naar een verbeterde manier om de woonlandfactor te berekenen. Daarbij werden acht verschillende methodes met elkaar vergeleken. Het ministerie heeft gekozen voor de genoemde methode 4 uit het rapport van het CBS. Dat was een keuze waarmee de VBNGB in 2019 voorkeur voor heeft uitgesproken.

Het voordeel van deze methode is het transparant gebruik van bestendige SHA-cijfers, die qua definitie en meetwijze niet veel veranderen. Nadelig zijn de forse verhogingen voor enkele landen: België, Duitsland, Finland, Letland, Luxemburg, Oostenrijk, Ver. Koninkrijk, Zweden, Zwitserland. Tegenover deze verhoging staat een verlaging van de woonlandfactor voor IJsland, Litouwen en Noorwegen.

Deze wijzigingen worden enigszins vertraagd doordat gebruik wordt gemaakt van driejaarlijkse gemiddelden en ze worden verzacht door toepassing van het maximum 1.

Het rapport is hier te vinden.

De VBNGB heeft het ministerie verzocht alsnog te onderzoeken waar de grote verschillen met het huidige systeem vandaan komen en om een correctie toe te passen op de woonlandfactoren die in het nieuwe systeem structureel verhoogd worden.

85 Reacties

  1. Fijn, een verhoging voor België (fors), natuurlijk omdat daar de meeste Nederlanders wonen.
    Fijn toch dat de woonland factor voor Ijsland verlaagd wordt.

    Antwoord
  2. Nb. De hierboven genoemde landen met te verwachten (structurele) verhogingen (en verlagingen) zijn geïdentificeerd op basis van de gegevens van 2018 in bijlage 2 van het CBS rapport. Als criterium is genomen: ten minste 5 procentpunten verhoging of verlaging. Het CBS zal de gegevens nog actualiseren.

    Antwoord
    • Wat voor Frankrijk NIET in de woonlandfactor zit is dat je over het algemeen maar voor 60% verzekerd bent, en dan voor die overige 40% een mutuelle moet nemen.
      In Nederland gaat men er van uit dat de mutuelle een aanvullende verzekering is, wat natuurlijk niet klopt want het is een onderdeel van je basisverzekering om tot 100% verzekerd te geraken.

      Antwoord
      • Ik weet over Frankrijk alleen dat mijn nicht en haar man, die er al een jaar of 15 wonen, zeer tevreden zijn over hoe het financieel uitpakt en daar geregeld is. Zij wonen in een dorpje van niks in de Limousin, maar haar twee heupvervangingen en zijn drievoudige bypass zijn uitgevoerd met bijna geen wachttijd, zij kreeg intensieve nazorg/begeleiding aan huis, de zorg is goed bereikbaar etc. Hun pensioenen zijn bijzonder laag maar ze hebben geen enkele moeite met de extra kosten van de mutuelle.

        Kom daar in Nederland maar eens om.

      • Weinig verdienen is weinig betalen.
        Wat betreft de zorg: mijn vader heeft 2 1/2 maand in het ziekenhuis moeten doorbrengen na een heup operatie omdat er geen verpleging noch thuiszorg was.

      • Auch ! Waar in Frankrijk was dat ? Misschien dat in de provincie e.e.a. beter is qua menskracht dan in overvolle steden ?

  3. EN, wat waren die 8 verschillende methodes dan wel ?
    Graag wat minder vaag en meer gedetailleerd, exact, benoemd en gedefinieerd.
    Nu allemaal te vaag, multi interpretabel, onzeker, verdoezelbaar, ongeschikt voor de juiste meningsvorming en beleidsgrond.
    Het bovengenoemde “hier” document geeft ook geen uitsluitsel dan dat er aan “methode nummer 4” de voorkeur wordt gegeven binnen de “geschetste alternatieven”.

    Wat er NIET wordt gezegd is dat er nog steeds geen exacte definitie is van WELKE medische kosten in de vergelijkingen thuis horen en welke daarvan behoren te worden uitgesloten van de berekening van de WLF.
    Die WLF was altijd al wankel maar mocht van de CRvB te Utrecht niet worden aangevallen, zie uitspraken 2014, 2015 e.v.
    B.v. ziektedagen (arbeidsongeschiktheid) maken die nou wel of niet deel uit van puur medische kosten ?
    In Frankrijk worden die wel op de grote medische kostenhoop gegooid.
    Al dan niet terecht.
    Hoe zit dat in Duitsland ?
    Of in Zweden (= belastingafdracht = dubbele beprijzing in de WLF/Zvw-bijdrage) al jaren een basale weeffout in de constructie van de WLF.
    VBNGB & FANF :
    Doe daar eens gedegen onderzoek naar en kom dan met een rapport dat de naakte feiten op tafel legt.
    Pas dan kunnen er spijkers met koppen geslagen worden vs VWS en de EU wetgeving op basis van 883/2004 en het bijdrage maximerende artikel 30.1 daarin.
    En de informatie uit de Europesche databank van medische kosten die wel degelijk bestaat, niet alleen de WHO – SHA of “fakenews” jaaropgaven van diverse landen die er belang bij hebben die cijfers te verdonkeremanen.

    Mevr. Busch, Hr van Geuns : Sterkte met de bevindingen zoektocht.

    Antwoord
    • Die 8 methoden zijn in het CBS rapport te vinden en worden daar toegelicht. Zie de link naar het rapport in het eerste bericht.
      De definitie van de woonlandfactor staat in art. 6.3.1. lid 1 van de Regeling Zorgverzekering: “De door een persoon, bedoeld in artikel 69, van de Zorgverzekeringwet, verschuldigde bijdrage wordt berekend door de grondslag van de bijdrage te vermenigvuldigen met het getal dat wordt berekend uit de verhouding tussen de gemiddelde uitgaven voor zorg voor een persoon ten laste van de sociale zorgverzekering in het woonland van deze persoon, en de gemiddelde uitgaven voor zorg voor een persoon uit hoofde van de Zorgverzekeringswet en de Wet langdurige zorg in Nederland.”
      Dus de wettelijke zorguitgaven vormen de basis voor de berekening: kosten van (ziekte)uitkeringen behoren daar niet toe. De wijze van financiering van de zorguitgaven, al dan niet uit de algemene middelen (als in Zweden), doet er niet toe.

      Antwoord
      • Waarom zijn die dan wel opgenomen in de who cijfers Duitsland en ook de administratiekosten?
        De ziektekosten in Duitsland wijzigen niet, enkel door toepassing van het hanteren van een andere ( per definitie) overbodige rapporteringsinstantie op Europees of wereldniveau.
        De bron blijven de door Duitsland bekend gemaakte zorgkosten en die wijken af van die WHO-SHA rommel

      • De art.6.3.1 lid 1 definitie is alleen maar een definitie, een strategie, zweverig.
        Geen taktiek of logistiek-operationeel niveau.
        De INHOUD van de cijfers is waar het om gaat, de waarde van die cijfers, hoe die tot stand komen en hoe juist of onjuist die zijn, welke verschillen er zijn in de implementatie en interpretatie van die definitie, wat wel of niet thuis hoort in die cijfers.
        Daar gaat het om.
        Het operationele niveau, de logistiek, op grond.
        Dat is de kern van het probleem.

        Om dat kernprobleem aan te pakken is een gedegen analyse nodig.
        En die benodigde analyse wordt aldoor “handig” omzeild door alleen maar te hameren op de definitie volgens 6.3.1 lid 1 en dan vervolgens niet in te gaan op de kern van het probleem.
        Net zoals de CRvB weigerde in te gaan op cijfers en alleen maar reageerde met alweer die 6.3.1 lid 1 bla-bla en daarmee was dan de kous af, volgens de rechter.

        Maar die kous is helemaal niet af. Het kernprobleem is nooit aangepakt. Het kernprobleem blijft onopgelost en daarmee de onwaarachtigheid van de WLFactor.
        En daarmee blijven de fouten en (ver-)gissingen bstaan.
        En onzalige rekenarijen op basis van een “gegist bestek”, een onjuiste plaatsbepaling dus en daarna het VWS schip op de rotsen laten lopen en zinken als een baksteen.

        Minister doe je werk, grondig en terzake doende. Kom terug met een juist verhaal dat wordt ondersteund door de juiste geschoonde operationele cijfers en feiten die thuis horen binnen de strategische definitie.
        Niet met percentages of referenties aan andere vage definities van andere vage clubs die alleen maar globale regels voorstellen die in de groep strategische meta-data thuishoren en niet op operationeel detailniveau opereren.

        En laat ons dan weten dat u voldoet aan de EU-regels in Verordening 987/2009 en het artikel 30.1 daarin, te weten dat een land nooit meer bijdragen mag vragen dan dat er werkelijk aan kosten gemaakt of terecht gedeclareerd zijn door/voor het woonland, m.i.v. de toeristen-kosten die in NL zijn gemaakt voor hen die over kwamen uit hun woonland en “terecht of niet” door NL worden vergoed zonder die door te belasten aan het woonland (een oeroude weeffout in de WLFactor). Ongeacht de kosten in het “thuisland” die op zich geen referentie kader zijn dan dat die genoemd worden in art.6.3 .1 lid 1 definitie om weer mee te gaan rekenen ( de noemer) om weer via een omweg een woonlandfactor (teller/noemer) vast testellen om die woonlandkosten te verhalen (de teller) via de bijdragen van de verzekerden in het desbetreffende woonland.

        Nu is alles via-via-via, hush-hush, te vaag. te veel ruis op de lijn, te veel rekenfactoren in dit spel van omrekeningen waarin de goedgelovige verdwaald en ontmoedigd raakt.
        Hetgeen (al dan niet ) de bedoeling was, is of zou zijn.
        Toon ons de analyse, de naakte feiten en de ter zake doende cijfers.
        Dan pas bent u geloofwaardig.

      • De roep om geloofwaardigheid van de berekening van de woonlandfactor is op zich terecht, al denk ik dat bepaalde suggesties van wel of niet meegenomen kosten in die berekening uit de voorlaatste alinea onjuist zijn.
        Ik ben alleen bang dat indien het bijvoorbeeld tot rechtszaken over die berekening zou komen, wat tot heden nooit geschied is, de rechter zal zeggen: de bewijslast dat de woonlandfactor anders berekend moet worden ligt bij u als verdragsgerechtigde. Gezien de complexiteit van die berekening, en vooral het achterhalen van de juiste gegevensbasis per woonstaat, is medewerking van verdragsgerechtigden per woonland daarin noodzakelijk. Verdwaalde en ontmoedigde verdragsgerechtigden zijn daarbij weinig nuttig.

      • Nou Jan, je hebt gelijk dat medewerking van verdragsgerechtigden over de juiste zorgkosten in hun land noodzakelijk is. Je weet dat ik daar een paar jaar geleden voor Duitsland heel.veel energie in gestopt heb, gelukkig met resultaat.
        Wat me wel van het hart moet is, dat Nederland het er voor een leek niet makkelijker op maakt. Ik vind al geen aansluiting bij de Duitse zorgkostencijfers die het Statistische Bundesamt rapporteert en WHO. Ik ga ervan uit dat het Bundesamt de correcte cijfers rapporteert. Dan de Nederlandse zorgkosten met twee definities van inwoner, dat snapt toch niemand meer ? En als dat al zo zou zijn, zou dat ook voor alle andere landen moeten gelden. Maar daar lees ik niks over bij andere landen. Als je een vergelijking gaat maken, zal je toch dezelfde definities moeten hanteren, wat je met elkaar gaat vergelijken. Kortom, het wordt steeds onduidelijker, als ik antwoord van het CAK krijg, zal ik dat hier delen.

      • Niet verdwaald of ontmoedigd maar wel nijdig en strijdvaardig !
        Er is wel degelijk een rechtzaak geweest : 2015 RB Amsterdam en CRvB daarna.
        Maar daar werden de voorstellen glimlachend in het afvoerputje van de rechters gedonderd zonder er inhoudelijk op in te willen gaan.
        2014 : VWS zei dat het een nuttig rapport was maar dat zij er niet over wilden discussieren en me doorverwees naar het CVZ om te klagen ( = bij de duivel te biecht gaan ). OK dan maar daarheen en naar de rechtbank.

        RB AMS rechter : “Dat dikke rapport lees ik na mijn vacantie nog wel eens door”, niet dus.
        CRvB rechter : “Daarvoor moet u niet bij mij zijn maar bij het (toenmalige) CVZ” .
        Alhoewel hij wel arrogant wist te vermelden dat :
        “Als ik het wil kan ik de wet veranderen” (!!!)
        Maar daar stond niets over vermeld in het zittingsverslag. Heel handig gespeeld.

        Dus blijft alles bij het oude, voorlopig, bij het ZIN & CAK, die fungeren als de organisatorische dubbele deur tussen U en ik en het VWS, die de rampspoed in leven houdt.

      • @ Carstens
        Over welk dik rapport hebben we het?

  4. Om het helder te houden , in Duitsland wonen m.i. de meeste verdragsgerechtigden op voet gevolgd door Belgie.
    Frappant dat juist deze twee landen de grootste stijging zullen laten zien, Duitsland zou zelfs boven de factor 1 uitkomen, terwijl het nu 0,81 is en dat is historisch gezien al hoog, als we de blunders van VWS buiten beschouwing laten over 2017, 2018 en 2019.
    Dat hebben ze echter moeten corrigeren, dat kon zelfs een blind paard niet overeind houden.
    Wat nu gebeurt is simpel gezegd een ordinaire bezuinigingsmaatregel om het tekort tussen uitgaven en ontvangen bijdrages te verminderen.
    Degene die gaat beweren dat de zorgkosten in Duitsland hoger liggen dan in Nederland leeft echt onder een steen.
    De voorgestelde demping door de garantie 1 en driejaarsgemiddelde is een sigaar uit eigen doos, onbegrijpelijk dat de belangenorganisatie van gepensioneerden met deze truc instemmen.
    Wat ik er verder van begrijp, zijn dus alle vastgestelde woonlandfactoren tot 1-01-2023 onjuist of op z’n minst discutabel.
    Ik wacht de eerste inhouding van het CAK over 2023 af en teken dan direct bezwaar aan tegen deze nieuwe woonlandfactor, vanzelfsprekend voorzien van feitelijkheden over de werkelijke zorgkosten in Duitsland t.o.v. Nederland en de onjuiste meet methode van WHO – SHA.
    Dat is trouwens niet zo moeilijk, kan me geen rapport van de WHO voor de geest halen wat niet vol onjuistheden staat.
    Als ik het goed heb snel bekeken nemen die de loondoorbetaling in Duitsland mee bij ziekte, alsmede administratiekosten als zorgkosten ,zelfde als bij die blunder 2017, 2018 en 2019.

    Antwoord
  5. Ik heb trouwens even de zorgkosten Nederland en Duitsland 2020 ( het laatst gerapporteerde cijfer) Statistisch Bundrsamt en CBS vergeleken.
    Zorgkosten Nederland p.p 6.650
    Zorgkosten Duitsland 5.298 pp,
    Woonlandfactor 0,796

    Antwoord
  6. Het begint een vreemd verhaal te worden, want ik lees nu dat er twee bestanden zijn over het aantal inwoners van Nederland.
    Volgens het CBS waren over 2020 17,44 miljoen inwoners in Nederland, resulterend in 6.650 pp zorgkosten.
    Ik zie bij VWS een kolom “Europese definitie van inwoner” , resulterend in 5.101 zorgkosten pp.
    Ben op zoek gegaan naar de NL en EU definitie van inwoner en vind alleen van het CBS.
    Dat zijn mensen die geregistreerd zijn. Heeft Brussel een apart kantoortje dat mensen zich daar kunnen melden, dat ze in Nederland wonen ? En wat nog belangrijker is, hebben ze ook zo’n kantoortje voor Duitsland ?
    Daar zie ik bij de Duitse zorgkostencijfers niks over.
    Of zou Nederland weer uniek zijn of worden we in de maling genomen.
    Ik heb mijn vrienden bij het CAK maar weer eens om opheldering gevraagd, maar zal er wel op uitdraaien dat de Ombudsman weer moet meelezen om een fatsoenlijk antwoord te krijgen.

    Antwoord
  7. De huidige stand van zaken is dat ik geen antwoord heb gekregen van het CAK, wat trouwens in de lijn van mijn verwachtingen lag.
    Het is voor het CAK en VWS denk ik niet te verklaren waarom er verschillen zijn tussen WHO en Statistische Bundesamt ( voor Duitsland ) cijfers.
    Tevens is het denk ik ook lastig om aan te geven wat de definitie in EU verband is van inwoner van Nederland en wat de CBS definitie is.
    En wat nog belangrijker is, wat is dan de EU definitie van inwoner van Duitsland ?
    Die zou dan ook aanmwerkelijk meer inwoners moeten aangeven, net zoals trouwens voor alle andere landen.
    En wat ga je doen met een EU difinitie van inwoner van een land wat niet tot de EU behoort ?
    Kortom, vragen te over en antwoorden ??

    Antwoord
  8. Ik heb vandaag antwoord van het CAK gekregen, beetje zelfde antwoord als in 2019 , dat zij de woonlandfactor niet vaststellen, maar dat het Ministerie van VWS dat eind van het jaar gaat doen.

    Antwoord
  9. De per brief aan VBNGB al aangekondigde verandering in berekening van de woonlandfactoren, op basis van WHO cijfers wordt inderdaad per 1.1.2023 ingevoerd, met inbegrip van twee “mitigeringsmaatregelen”. Zie daartoe , en de woonlandfactoren per land:
    https://zoek.officielebekendmakingen.nl/stcrt-2022-29339.pdf

    Staatscourant Nr. 29339 4 november 2022
    Regeling van de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport van 27 oktober 2022, kenmerk 3439287-1035439-Z, houdende wijziging van de Regeling zorgverzekering in verband met het vaststellen van de woonlandfactoren voor het jaar 2023 ten behoeve van de gedifferentieerde berekening van de bijdrage voor verdragsgerechtigden .

    Antwoord
  10. Vergeleken met 2022 zijn vrij sterke stijgingen van de woonlandfactor waar te nemen bij: Cyprus, Duitsland, Kroatië, Liechtenstein, Oostenrijk, V.K., Zweden en Zwitserland. Dalingen vooral bij: Ijsland en Noorwegen (veroorzaakt door maximering op 1).

    De twee mitigerende maatregelen (gebruik van driejaarsgemiddelde en maximeren op 1) hebben vooral een dempende werking op de woonlandfactoren bij: Cyprus, Denemarken, Duitsland, Finland, Ierland, Ijsland, Kroatië, Letland, Litouwen, Luxemburg, Noorwegen, Oostenrijk, Tsjechië, V.K., Zweden en Zwitserland. Bij vooral Frankrijk heeft het gebruik van het driejaarsgemiddelde eerder een verhogend effect.

    Over de gehele periode 2006 -2023 gemeten, aan de hand van de regressiecoëfficient, zijn vrij sterk stijgende trends (r > 0,01) in de woonlandfactoren waar te nemen bij: Denemarken, Estland, Finland, Frankrijk, Liechtenstein, Litouwen, Malta, Slowakije en Zwitserland. Dalende trends in woonlandfactoren over lange termijn zijn er ook, maar die zijn nogal zwak, bij: Kaap Verdië, Cyprus, Griekenland, Ierland, Italië en Portugal.

    Antwoord
    • CAK heeft de VBNGB meegedeeld dat de woonlandfactoren als in de Staatscourant gepubliceerd onjuist zijn voor Malta, Marokko, Montenegro en Noord-Macedonië. Correcties zullen volgen.

      Antwoord
  11. Ik weet niet of deze vraag hier thuis hoort, want het is eigenlijk een probleem in de omgekeerde richting, maar volgens mij voortvloeiend uit hetzelfde vage en tegenstrijdige ziektekosten beleid.
    Casus: Ik ben Nederlandse met settled status in het VK. Uit dien hoofde heb ik een European Health Insurance Card. Dat zou moeten betekenen dat ik, als ik in Nederland voor een aandoening word behandeld (van kindsbeen af aan), althans een deel van de kosten zou moeten terug krijgen.
    Maar de Nederlandse verzekeringsmaatschappij van het betreffende ziekenhuis weigert al vier jaar om tot actie over te gaan. Voordien werden de kosten direct tussen het NL ziekenhuis en de NHS in het VK verrekend.
    Maar sinds vier jaar, is het eerst ‘u hebt uw kaart niet getoond’. Dat heb ik weerlegd. Toen werd het, ‘u hebt een verlopen kaart getoond’. Ook die bewering kon weerlegd worden. Toen werd het “De NHS heeft de kaart geweigerd”. Het bewijs van deze bewering is nooit getoond. En bij de NHS weet men nergens van. En terwijl ik jaren op antwoord heb moeten wachten, kreeg ik maar 4 weken om te reageren.
    Als ik naar Nederland terugverhuis, wat staat mij dan te wachten? Zoals de ziektekostenregeling met een buitenlandse vleugje nu loopt, zal ik er nooit uitkomen. En ik kan echt niet alles uit eigen zak blijven betalen.

    Antwoord
    • Wie heeft de EHIC uitgegeven? De NHS (dan bent u verzekerd in het VK)? of het CAK (dan bent u verdragsgerechtigd, de doelgroep van deze site)? of een Nederlandse verzekeraar (dan bent u ZVW verzekerd)? Afhankelijk daarvan moet u de rekening indienen bij resp. het bevoegde orgaan van het woonland V.K. (van de NHS neem ik aan), bij ZK/Achmea of bij de Nederlandse ziektekostenverzekeraar. In geval van medisch noodzakelijke zorg bij tijdelijk verblijf in Nederland moet het toepasselijke orgaan vergoeden, naar de wettelijke normen van het verblijfsland.
      Gaat het echter om geplande zorg dan geldt in beginsel een toestemmingsvereiste.
      Terugverhuizen naar Nederland maakt u in elk geval WLZ verzekerd en ZVW verzekeringsplichtig.

      Antwoord
  12. Beste Wim/Willem en Hans,

    ik denk dat Jan voor het telkens uitzoeken en mededelen van nuttige informatie, alsmede het beantwoorden van alle mogelijke en onmogelijke vragen en het intermedieren met alle instanties, samen met zijn collega’s, alle waardering verdient. Bij deze bedankt Jan !

    Jullie kritiek is naar ik aanneem dan ook niet aan Jan gericht maar indirect aan de instanties, die inderdaad wel steken laten vallen ?! Dit m.i. des te meer sinds de decentralisatie/ splitsing van taken, al dan niet ingegeven door de draconische privacywet / AVG. Waar voorheen men bij loket 1 al je gegevens kon inzien, moeten nu delen opgevraagd bij loket 17 en 23, allebei bij andere instanties natuurlijk. Vervolgens kan het nodige misgaan bij de overdracht of de interpretatie van de gegevens…

    Kleine anekdote: ik ben een jaar of wat bewindvoerder geweest voor mijn tante en heb met het CAK de nodige gesprekken en correspondentie gehad over de eigen bijdrage voor het verpleeghuis. Zij ontving alleen AOW, dus lage bijdrage. Het CAK had echter over het ‘toetsjaar’ van de fiscus gegevens ontvangen van extra uitgaven twv 12.000 euro. Inderdaad, UITGAVEN. Dat was haar hele spaarsaldo, gebruikt voor thuisverpleging in afwachting van een plek in het verpleeghuis. Het CAK nam maar direct aan, dat er dan ook hogere INKOMSTEN moesten zijn…. dus, hoge bijdrage. Neen, dames en heren, neen…. welk genie heeft bedacht dat uitgaven ipv inkomsten de maat moeten zetten ontgaat me tot heden. Kostte me een paar jaar om het recht te zetten en een paar duizend euro terug te ontvangen. Tante was in inmiddels al overleden….

    Dat gezegd hebbende, ambtenaren zijn net mensen, maken ook menselijke fouten, en een goed gesprek – bij voorkeur persoonlijk – doet vaak wonderen. Boos worden en bezwaar maken kan altijd nog.

    Veel succes !

    David

    Antwoord
    • Ik word op niemand boos en al helemaal niet op verenigingen die belangen behartigen van Nederlanders in Frankrijk en de VBNGB.

      Wat ik alleen niet snap is een simpele vraag stellen aan VWS, als je daar toch zit te praten Wat is de Europese definitie van inwoner van Nederland ?
      Daar hoef je niet voor gestudeerd te hebben, blijkbaar worden er door VWS twee definities gehanteerd van inwoner.
      De ene is ( denk ik) inwoner van Nederland is degene die in Nederland staat ingeschreven en de Europese definitie weet blijkbaar niemand en vraagt ook niemand, maar door het hanteren van die Europese definitie dalen de zorgkosten in Nederland p.p. heel fors.
      En ik vermoed , dat VWS die Europese definitie hanteert om zo de woonlandfactoren fors te verhogen.
      In mijn geval Duitsland wordt door het Statistische Bundesamt met 1 definitie gerekend en niet met een Europese definitie.
      En dat snap ik dus niet, dat belangenverenigingen zo’n simpele vraag niet stellen of wel gesteld hebben en het antwoord niet delen.
      Voor de rest vind ik het prima, ze gaan hun gang maar.

      Antwoord
      • @Willem Vos: goed lezen is kennelijk moeilijk
        zie voor het integrale commentaar van de VBNGB op de benadering van de woonlandfactor op basis van WHO/SHA cijfers in de bijlage opgenomen in het CBS rapport. De VBNGB heeft het daarin ingenomen standpunt, namelijk dat het onjuist is bij structurele verhoging van een woonlandfactor voor een land door overgaan op nieuwe cijfers, dit zonder meer te doen zonder verdere correctie voor definitie- en meetverschillen, gehandhaafd. En wel is dat tot uitdrukking gebracht in een schriftelijke reactie aan VWS op de in het eerste bericht genoemde brief van VWS (zie dus hierboven in het eerste bericht).

        Overigens is het inwoneraantal nooit een onderwerp van discussie geweest. Het is weinig aannemelijk dat dat de oorzaak is van bijvoorbeeld de verhoging bij Duitsland. Veel meer voor de hand ligt dat de oorzaak van die verhoging zit in de veranderde meting van publieke kosten t.o.v. uitgaven voor verzekerde zorg, hetzij in het woonland, hetzij in Nederland, of in beide landen.

      • Jan de Voogd, blijkbaar kan jij niet goed lezen, volgens de Nederlandse CBS definitie van inwoner van Nederland zijn in 2020 de zorgkosten per persoon 6.650 euro.
        Dat sluit prima aan met een gestage stijging van de zorgkosten.
        Volgens de Europese definitie van inwoner van Nederland zijn de zorgkosten 2020 5.101 euro per persoon.

        En dat laatste bedrag wordt gehanteerd bij vaststelling van de WLF.
        Je wilt mij toch niet gaan wijsmaken dat de zorgkosten in Duitsland 10% harder zijn gestegen dan in Nederland ?
        En daar laat ik het bij, het is een grote aanfluiting wat er gebeurt.

      • Zonder nadere aanduiding van je bronnen, is dit bericht niet te beoordelen.

      • En om het helemaal simpel te houden, de zorgkosten Duitsland 2020 waren 5.290 euro per persoon.
        Dat is het officiele cijfer van het Statitische Bundesamt.
        De zorgkosten Nederland bedroegen volgens het CBS 6.650 euro per persoon.
        Dan kom ik uit op een WLF van rond de 80.
        En nu komt er een WLF van 89 met nog een demping , omdat het eigenlijk boven de 1 zou moeten zijn, gezien de Europese definitie van Nederlandse inwoner en de uitgaven zijn gezakt naar 5.101 per persoon.
        Geef gewoon toe dat het een ordinaire bezijnigingsmaatregel is onder leiding van een medicus meneer kuipers.
        En, niet te vergeten de WHO heeft de Duitse cijfers niet gecorrigeerd met doorbetaling bij ziekte en administratiekosten

      • Als gezegd : bronnen zijn noodzakelijk ter verificatie van wat je noemt. Zorgkosten per persoon voldoet overigens in elk geval al niet aan de definitie van de woonlandfactor in de Regeling Zorgverzekering omdat die ook out-of-pocket kosten en premies part. ziektekostenverzekering bevatten.

      • Destatis Statistisches Bundesamt pressemitteilung nr. 153 van 7 april 2022 , kosten gezondheidszorg Duitsland 5.298 per persoon over 2020.

        CBS publicatie 29-06-2021 kosten gezondheidszorg Nederland 6.660 per persoon over 2020.

        Derhalve WLF ca. 80 en niet dik boven de 1, zoals de VWS/CAK fabel.

  13. en hoe zit het dan met Spanje?

    Antwoord
  14. Spijt me, maar kan dat factoren overzicht niet vinden. Wel het rapport.

    Antwoord
    • Zie daartoe de link verwijzend naar de Staatscourant in mijn bericht van 8 november 20:47 PM hierboven

      Antwoord
      • Bedankt voor je wederom hele snelle reactie Jan!

  15. Je kan er een lang of kort verhaal van maken, het is en blijft een ordinaire bezuinigingsmaatregel, Duitsland , het land met de meeste verdragsgerechtigden, stijgt met 10%.

    Er kan toch niemand beweren, dat de zorgkosten in Duitsland 10% harder zijn gestegen dan in Nederland ?

    En dan een zwamverhaal afsteken, dat deze methode bestendiger is dan de tot nu gehanteerde is het meest onnozele argument wat ik ooit heb gehoord.
    Ik verbaas me dan ook, dat belangenverenigingen van gepensioneerden daaraan meewerken, welk belang heeft een gepensioneerde aan deze onzin ?

    Ik zou niet weten, welke cijfers worden gehanteerd en dan bedoel ik wat zijn de zorgkosten p.p. in Nederland en hoeveel in Duitsland.

    Dan komt er nog een onnozel verhaal over Europese definitie wat een inwoner van Nederland is, wie weet wat de Europese definitie is, aangezien die norm wordt losgelaten op de zorgkosten in Nederland, waardoor de zorgkosten in Nederland p.p. fors dalen.
    En geldt die Europese definitie ook voor alle andere landen ?
    Bij de gepresenteerde Duitse zorgkosten zie ik geen forse vermindering na het toepassen van die norm, of geldt die norm enkel voor Nederland.
    Je wordt gewoon belazerd waar je bij zit.

    Ik stel alleen vast, dat de twee gesprekspartners die gepensioneerden hebben vertegenwoordigd ja en amen hebben gezegd tegen de overheid, ik neem aan, dat zij gedegen onderzoek hebben verricht naar de juistheid en volledigheid van alle onderhavige cijfers.
    Dus rest ons gepensioneerden niet anders dan ook ja en amen te knikken.

    Antwoord
  16. Ik heb zojuist geconstateerd , dat 16 miljard aan loondoorbetaling bij ziekte door de Krankenkassen in de zorgkosten Duitsland 2020 onterecht zijn opgenomen.
    Dat is slechts 1 fout en er zullen er ongetwijfeld nog veel meer in zitten.
    Het CBS heeft bij haar rapport heel duidelijk geen voorkeur aangegeven, welke methode de voorkeur verdient.
    Ze hebben enkel 8 verschillende mogelijkheden genoemd en hebben zich ook nadrukkelijk niet uitgelaten over de juistheid van de gepubliceerde zorgkosten per land om daar een woonlandfactor mee te kunnen bepalen.
    Dat lijkt ook logisch, als voorbeeld rapporteert Timboektoe zorgkosten, dan wordt dan overgetikt door een WHO (st) er in een bestandje en dat is het dan.
    Die gaat echt niet inhoudelijk naar die cijfers kijken, als dat uberhaupt al zinvol is, wegens het gebrek aan kennis.

    Voor 192 van de 193 landen die aangesloten zijn bij de WHO is het ook helemaal niet relevant, alleen Nederland gaat op basis van die cijfers een WLF berekenen.
    Dan ben je toch echt wel een buitenbeentje.
    De enige methode om een correcte WLF vast te stellen is de zorgkosten van Nederland te vergelijken met, in mijn geval, Duitsland op basis van geschoonde zorgkostencijfers gepubliceerd door CBS/VWS en Statistische Bundesamt.
    Zo moeilijk is dat niet, is niet veel werk en is het meest correct, alle andere oplossingen zijn lapmiddelen.

    Antwoord
    • Als dat niet zo moeilijk is, namelijk een berekening maken van de woonlandfactor voor Duitsland voor 2020 op basis van (geschoonde) nationale cijfers: waarom doet u dat dan niet?

      Antwoord
      • Als het VWS mij wil inhuren, is dat prima.
        Over het tarief worden we het wel eens , maar gratis en voor niks
        het werk van ambtenaren overnemen, begin ik niet meer aan, dat heb ik in 2019 al gedaan en dat was eenmalig.

        Ik wacht wel af tot ik een afrekening over 2023 krijg en kijk dan hoe verder.

  17. Ook Cyprus staat in het rijtje van premie verhogingen. Inmiddels heb ik kontakt gehad
    met het MoH in Nicosia dat de verzekeringspremie n i e t verhoogd per 2023. Dus, waar baseert de NLse wetgever de premieverhoging op (behalve ‘statistieken en onderzoeken’).
    Cyprus met woonlandfactor 0.1434=ziektekosten verzekering.
    N.B. zonder inflatie CoLa worden die paar extra aow euros nu ‘verrekend’ met de nieuwe
    ziektekosten verzekering en terug naar het nulpunt.

    Antwoord
    • De hoogte van de premie maakt geen onderdeel uit van de woonlandfactor: het gaat om de zorgKOSTEN.

      Antwoord
  18. Jan zegt “over welk rapport hebben we het ?”.
    Antwoord : We hebben het over mijn systeem-analyse van de hele Zvw-buitenlandbijdrage vanaf 2006.
    Waarvan ik aan de hoofdlijnen enkele dagen geleden in dit forum al rPSefereerde.

    Daarmee werd een alternatief geboden voor :
    A) de berekening van de WLZ,
    B) de uitsluiting van NL-zorgkosten als basis voor de WLZ berekening (noemer),
    C) met doorberekening van de in NL gemaakte zorgkosten van verdragsgerechtigden aan hun woonland en de aldaar gangbare vergoedingen & eigen risico’s,
    D) een alternatief voor de naheffingberekening van de zorgkosten in een gegeven woonland op basis van de reeele kosten in het woonland (teller),
    E) versus het aantal maanden dat een verdragsgerechtigde in dat woonland verzekerd is geweest,
    F) op basis van de gezinssamenstelling,
    G) de inkomsten van het gezin in dat verzekeringsjaar in de periode van verzekering in dat woonland (de jaarlijkse NinBi verklaring aan de NL Bel.dst),
    H) Een geschatte voorheffing en een reeele nabetaling/ finale jaarafrekening.

    Daar viel geen speld tussen te krijgen (ook niet volgens VWS).
    Maar bleek “ongewenst en dus niet van toepassing in de gegeven context” volgens de rechters (RB AMS, CRvB en JdV himself al in 2012-2013).

    PS : Ik had zoiets al vaker en eerder gedaan voor ZH’en, zorgverzekeraars e.d. in NL, beroepshalve, al ver voor de ZV-wet 2006 in werking trad.

    Antwoord
    • Ja, dat afwijzen door de rechters viel te verwachten, dus het afwijzen van bezwaren op basis van een eigen dik rapport met een alternatieve woonlandfactor. Zelf een alternatieve woonlandfactor opstellen, buiten de kaders van de nationale wet, kan alleen tot iets leiden indien je daar een dwingende argumentatie voor vindt die een beroep doet op hogere algemene rechtsbeginselen of internationale wetgeving. In het algemeen heeft de nationale wetgever echter vrij veel beleidsvrijheid voor zaken als een woonlandfactor. Dus, al denk je dat je een betere hebt gevonden, dan zullen rechters niet snel geneigd zijn die over te nemen.
      Iets anders is de vraag of de meting juist is, en of de juiste bronnen gebruikt zijn, voor een op zichzelf vrij nauwkeurig in de wet gedefinieerde woonlandfactor. Slechts binnen een dergelijke vraagstelling kan beoordeling van de nu nieuw gebruikte methodiek (SHA cijfers dus) plaatsvinden. Indien daarover twijfel bestaat zal een bezwaarmaker echter wel een bewijsplicht hebben.

      Antwoord
    • Ik had beter bij het begin kunnen beginnen en het artikel in de staatscourant kunnen lezen dan is het wel helder, dat ieder bezwaar onder tafel wordt geveegd, ik zie Duitsland zorgkosten 4.418 euro p.p, 2020, terwijl Statistisches Bundesamt 5.298 rapporteert.
      En Nederland gaat goed 4.344 euro p.p., terwijl CBS 50% meer rapporteert.
      Dus waar miept iedereen over met stijging zorgkosten ?
      Wat ik al meer heb geschreven, het is een ordinaire bezuinigingsmaatregel wat dat buitenlandgedoe kost gewoon teveel geld.
      Ik heb een paar jaar geleden al gevraagd aan Duitsland hoe die cijfers. toen al, fors afweken van elkaar en die konden daar geen antwoord op geven.
      Het is en blijft derhalve een forse blunder om die cijfers te hanteren voor een WLF , maar dat zal wel tegen het zere been zjn hier.
      Dit is trouwens mijn laatste bijdrage.

      Antwoord
      • Ik ben het ook helemaal niet eens met de berekening zorgkosten.
        De vergelijking met Frankrijk zou zijn, dat de zorgkosten hier 86/100 van die van Nederland zouden zijn.
        Maar men is voor die bijdrage aan het CAK maar voor 60-65% verzekerd voor ziektekosten. Je moet om 100% verzekerd te geraken voor meer dan 100 euro pp bij verzekeren.
        Dat wordt nooit in het plaatje door de Nederlandse overheid meegenomen.
        Zo maar even een vraagje: ik neem aan dat de leden die hier niet een juiste berekening willen deponeren, omdat zij het werk van de ambtenaren niet willen doen, zo direct wel de afrekening van het CAK krijgen en dan (neem ik aan) in beroep gaan.
        Als je in beroep gaat moet je, als rechtvaardiging van je standpunt, toch een berekening hebben waar je de Nederlandse overheid mee om de oren kan slaan.
        Als dat zo is, dan hoop ik dat er meer mensen van mee kunnen profiteren, want niet iedereen is zo begaafd dat zij een berekening kunnen maken die het ongelijk van de overheid aantoont.
        Deed iemand dat maar eens voor Frankrijk, ik kan het niet!

      • Nou, ik had eigenlijk geschreven dat ik geen bijdrages meer zou posten, maar dat kwam dat ik als ouwe man een beetje nijdig om het commentaar van Jan de Voogd werd, en ik neem de heer De Voogd niks kwalijk, maar zo waren ook zijn commentaren toen ik in 2018 ongeveer de WLF’s van Duitsland over 2017 aan de kaak stelde. Kansloos volgens hem.
        Het resultaat was alleen , dat over die drie jaren, 2017,2018 en 2019 miljoenen terug betaald zijn aan verdragsgerechtigden in Duitsland.
        En ik ben het volledig met hem eens dat iemand van de VBNGB zich niet kan gaan verdiepen in de berekeningen van ieder WLF.
        Maar roep dan niet, dat ik het zelf maar moet gaan uitzoeken of dat het kansloos is.

        Vanzelfsprekend accepteer ik deze WLF voor Duitsland niet, omdat ik weet dat ie niet correct is.
        De heer De Voogd geeft ook nog aan, dat er nog nooit een rechtszaak is geweest die succesvol is afgesloten .

        Nou dat heeft 1 reden, dat was omdat het CAK mij belde, dat als ze mij de teveel betaalde bijdrages over 2017, op mijn rekening zouden storten binnen 14 dagen , ik dan van verdere stappen zou af zien.
        Dat was dus de reden dat er geen enkele succesvolle rechtszaak is geweest en aansluitend hebben alle verdragsgerechtigden hun teveel betaalde bijdrages ontvangen.
        Ik ben te oud om te gaan ZwartePieten, maar ik ben van mening, dat als je door de overheid gevraagd wordt je mening te geven over ingewikkelde zaken EN je bent niet ter zake kundig, je tegen diezelfde overheid moet zeggen, dat ze een andere gesprekspartner moeten zoeken.

        Nu over die WLF 2023 , ik heb de verschillen al aangegeven tussen de gepubliceerde cijfers van de officiele instanties in Nederland en Duitsland, ik beperk me tot Duitsland omdat ik daar woon, en de WHO cijfers.
        Ik heb dus gisteravond een mailtje gestuurd naar het CAK hoe die cijfers tot stand zijn gekomen en mevrouw Timmer heeft vanochtend al om half negen geantwoord dat dat in staatscourant staat en voor verdere info ik bij het VWS moet zijn.
        Laat ik hier gelezen hebben dat het CAK de VBNGB heeft bericht dat de WLF’s van verschillende landen niet juist zijn.

        Maar goed, heb haar gevraagd wie binnen VWS dit bedacht heeft, aangezien ik anders op overheid gedoe terecht kom.
        Nog geen antwoord.

        Eigenlijk hetzelfde als in 2018 toen het CAK zei dat het VWS de WLF vast stelde en VWS antwoordde dat het CAK de berekeningen maakte en dat tegen een ministeriele regeling geen bezwaar mogelijk was.
        Tot ik de Nationale Ombudsman met de conversatie liet meelezen, toen veranderde de toon.

        Het probleem nu is, dat VWS/CAK ,gesteund door FANF en VBNGB , gebruik maken van WHO cijfers.
        Toen dit fenomeen de kop opstak , 2019 geloof ik, heb ik aan het Statistische Bundesamt gevraagd of zij een verklaring hadden voor de forse afwijking tussen hun zorgkostencijfers en die van de WHO.
        Zij konden geen verklaring geven en schreven dat ik me tot de WHO moest richten. Die heb ik aangeschreven, geen antwoord, twee herinneringen geen enkele reactie, dus ja , die zijn natuurlijk druk met achteraf een koe in z’n kont kijken en dan een boekwerk schrijven 1.000 pagina’s waar niemand op zit te wachten.

        Volgens Jan de Voogd zit het verschil in pre out the pocket kosten en premies particuliere verzekeringen, ik snap niet dat het Statistische Bundesamt dat niet heeft verteld, dat zijn professionals en die wisten dat niet.
        Maar goed , ik ga gewoon aantonen dat die WLF kant noch wal raakt , maar moet natuurlijk wel wachten tot ik een verzoek tot betaling krijg van het CAK.
        In de tussentijd verzamel ik munitie, want met deze truc wordt het een verdragsgerechtigde heel moeilijk gemaakt om succesvol dit aan te kaarten.

      • @Willem Vos
        Ik heb nooit gesteld dat het kansloos was om een vastgestelde (Duitse) woonlandfactor te betwisten. Integendeel : ik heb in emailverkeer met je aanwijzingen gegeven in welke richting je het moest zoeken (waarvoor je me zelfs nog bedankte). Je hebt toen zelf voor de genoemde jaren onderzoek verricht op de nationale cijfers van ziektekosten in Duitsland en daarmee succes geboekt bij VWS. Daar moet je inderdaad zijn: het CAK heeft slechts een uitvoerende rol, de WHO (of Eurostat) zal je waarschijnlijk nooit antwoorden, en van autoriteiten in Duitsland is het ook nog maar de vraag. En inderdaad: de bewijslast over een onjuiste wlf ligt bij een klager: de VWS ambtenaren gaan het CBS rapport niet overdoen.

        Ook in de gegeven situatie is het niet bij voorbaat kansloos om de 2023 woonlandfactor te betwisten, al is vrijwel zeker dat dit tot een weg langs de rechter zal leiden. Het gaat hier namelijk niet langer alleen over de vraag – zoals voorheen – of de juiste cijfers gebruikt zijn bij een gegeven definitie van de wlf, maar om de vraag of de nieuwe methodiek redelijkerwijs gebruikt mag worden. Hoe dan ook: een eerste aanwijzing waar je vooral op moet letten , heb je al van me gekregen (dus: zorgkosten per persoon betreft alles wat een persoon aan zorgkosten uitgeeft op jaarbasis, maar dat is evident niet wat achter de WHO cijfers zit: die zijn beperkter qua kostenbeschrijving, en moeten dat ook zijn). Voor je munitie-verzameling zijn meer aanwijzingen te geven. Ik beveel daartoe aan de desbetreffende Staatscourant en het CBS rapport (met VBNGB commentaar, door mij opgesteld) eerst nog eens goed te lezen.

      • @ Willem Vos

        citaat: “Maar goed , ik ga gewoon aantonen dat die WLF kant noch wal raakt , maar moet natuurlijk wel wachten tot ik een verzoek tot betaling krijg van het CAK.”

        Dat is niet zo, de eerste inhouding op AOW of enig ander pensioen kan een reden zijn bezwaar te maken. Ik adviseer, als je ertoe besluit, het voor de AOW-afrekening (dus: bij de SVB) te doen als je erin verder gaat. Dan zit je in elk geval direct in de bestuursrechtelijke sfeer.

      • Alles goed Jan, neem me niet kwalijk, ik heb zojuist op jouw advies nogmaals een mail naar het CAK gestuurd waarom ze niet even een contactpersoon kunnen doorgeven, terwijl ze wel binnen een uur kunnen aangeven dat de wlf in de Staatscourant staat en VWS daar verder over gaat. Volgens mij was het een paar jaar geleden de heer Lubbers, maar ja, of die er nog zit ?
        Ik heb trouwens een CC aan de Nationale Ombudsman gestuurd, dat werkte een paar jaar geleden goed om antwoord te krijgen.
        Wat ik in die mail ook heb geschreven, dat ik in ieder geval bij mijn eerste inhouding van die nieuwe bijdrage een bezwaar ga indienen, omdat ze door het hanteren van die WHO cijfers afwijken van hun methode zoals vastgelegd in de Zorgverzekeringswet ( na jouw tip hierover, waarvoor dank !!!! ).
        Voor de rest maar even afwachten, maar als de WHO op een zorgkostencijfer min 10% uitkomt voor Duitsland en min 35% voor Nederland roept dat toch vragen op.

      • Klopt die constatering van 65% van de zorgkosten in Frankrijk wel helemaal? Het lijkt namelijk op het percentage dat de Franse sécu voor haar rekening neemt. Iemand die in Frankrijk woont, werkt en een mutuelle betaalt haalt dan de resterende 35% terug van de mutuelle. Echter, veel “zware behandelingen”, zoals kanker, heupprotheses, worden 100% door de Sécu gedekt (“pris en charge”.) De patient betaalt niets. De medische zorg die u kiest moet dan wel bij een zorgverlener zijn die volgens de tarieven onder Convention 1 werkt. Als u kiest voor een arts of een behandeling volgens Convention 2, dat valt de rekening aanzienlijk hoger uit. De Sécu vangt alleen het sécu aandeel volgens Convention 1 op en voor het ongedekte deel zal de patient bij zijn eigen verzekeringsmaatschappij moeten aankloppen en als hij of zij niet specifiek voor Convention 2 verzekerd is, kan dat behoorlijk duur uitvallen.
        Dus éven opletten of uw arts of verpleegster of ziekenhuis Convention 1 of Convention 2 tarieven toepast.

      • Er zijn bepaalde gevallen, zoals langdurige ziekten, die door het Franse secu 100% vergoed worden.
        Maar om die 100% te verkrijgen heeft het wel wat voeten in de aarde. Bij mij heeft het jaren geduurd voordat er goedkeuring kwam.
        Ook veel artsen werken half privé en dan moet je altijd extra betalen. Een andere arts zoeken, tja, leuk, maar 50 km verderop.
        En die 35% aanvulling tot vergoeding 100% van de kosten (zoals in Nederland in de basisverzekering) is wel 110 euro per maand extra betalen bovenop wat je al aan het CAK/Nederland betaald.
        Daarom klopt die 86% wat Nederland int totaal niet, de vergoeding in Frankrijk is 65%, dus zou de woonlandfactor ook maar 65% moeten zijn.

      • Uit de laatste gegevens (2015) die ik kon vinden blijkt dat 21% van de Franse zorgkosten uit out-of pocket kosten en premies mutuelles en andere aanvullende verzekeringen bestond. Dit hogere cijfer dan de genoemde 65% duidt al aan dat Manon gelijk heeft dat kennelijk flink wat van de “eigen bijdragen” toch uit de wettelijke dekking vergoed wordt voor nogal wat categoriëen (langdurig) zieken. Die kosten komen dan ook wel degelijk tot uitdrukking in de teller van de woonlandfactor. Nog afgezien van het feit dat indien het totaal van de wettelijke kosten in Frankrijk niet 79% , maar slechts 65% zou zijn geweest, dat uiteraard nog niet wil zeggen dat dus ook de woonlandfactor 65% zou moeten zijn. Dat idee berust op een “logical fallacy”.

      • Heel veel mensen in Franrkijk nemen het maar voor lief dat ze 65% verzekerd zijn, en nemen geen mutuelle (dat is dus geen aanvullende verzekering maar eerder een tweede gedeelte basisverzkering om tot 100% verzkerd te geraken!!)
        gewoonweg omdat ze het niet meer kunnen betalen.

      • Het verhaal klopt, grotendeels.
        Veel kosten worden in Frankrijk slechts ten dele vergoed. In principe 65 % dus.
        Maar : veel artsen/specialisten hanteren boven-normale tarieven, d.w.z dat ze meer vragen dan de basisprijs waarover de 65 % wordt vergoed door de CPAM (verplichte verz.)
        Voorbeeld Dermatologist : Honorarium 85 Euro voor 1 consult.
        Standaard tarief = 45 Euro en CPAM vergoeding daarover is ong 29 Euro.
        Eigen betaling rest 56 Euro.
        Mocht je een aanvullende verzekering hebben dan worden de 45-29 = 16 alsnog nabetaald door de “mutuelle”, afhankelijk van de gekozen dekking.
        Huisarts consult = bruto 25, CPAM 16,25, eigen kosten 8,75 Euro.
        Hart-ecg onderzoek 3x 92 E = 276 E minus 3x 29 = 87 € CPAM = 189 E eigen kosten.

        In geval van ernstige ziekte/ongeval neemt de CPAM selectief 100 % voor eigen rekening, voor een reeks van medische handelingen/medicijnen.
        Veel wel, maar niet voor alle kosten, die blijven dan op de 65 % vergoeding staan.
        ( B.v een oogarts en een brillenvergoeding na een beenbreuk, etc. blijft 65%).
        De aanvullende Mutuelle verzekering kost 151 E/m of 302 E/m, voor echtpaar 70+.
        Die 3.624 €/jr komen dan ook nog eens boven op het zorgbudget naast de Zvw-bijdrage en de eigen niet vergoede medische kosten.
        De out-of-pocket uitgaven zullen dan eerder 30+ % (2021) bedragen dan 21% (2015).

        Desondanks blijft de vergoeding voor niet gewerkte dagen een onderdeel dat niet in de medische kosten thuis hoort.
        Maar die door FR ten onrechte wel op NL worden verhaald.
        Die kosten horen niet thuis in een “geschoonde rekening” aan NL en behoren niet mee te wegen in de WLF.

      • Ik kan in de verste verte geen oogarts vinden die niet minstens 80 euro voor één consult extra rekent (Frankrijk).
        En dan voor het kapitaal wat je aan Nederland betaalt ook nog maar 65% verzekerd zijn.

  19. De brief van Dhr. Hans Wiegel, als voorzitter van ZN, aan de Tweede Kamer der Staten Generaal in december 2005 bevatte een oplossing voor de problemen welke hij beschreef in genoemde brief en welke voornamenlijk bestonden voor de gepensionneerde Nederlanders, geëmigreerd naar andere EU-staten. Zijn voorstel was om voor deze groep de bestaande verplichting vanuit de nieuwe wet uit te sluiten. Hierop is niet ingegaan en geen kamerlid heeft daarover vragen gesteld; trouwens ook kan gezegd worden dat onze volksvertegenwoordigers een matige interesse hebben getoond voor het hele wetsontwerp en vooral voor het gevolg voor onze groep.

    Europees rechtelijk voldoet de Zvw geenszins en is onwettig althans voor zover deze de Nederlander betreft die geëmigreerd is. Het prioritaire primaire EU-recht van uit de VWEU geeft in het belangrijke artikel 21 aan, de rechten van de geëmigreerde EU-burger van o.a.vrij reizen en vrije vestiging. Elke belemmering hoe minimaal ook, is nietig. (jurisprudentie HvJ : Commissie v Frankrijk) . Overeenkomstig artikel 94 Grondwet moet het primaire gemeenschapsrecht toegepast worden.
    In de zaak Hof van Justitie C-345/09 waarin de stichting, destijds opgericht door de Vereniging, en partij was in dit geschil, en waar velen van ons financiëel hebben bijgedragen in de niet onaanzienlijk kosten, is door de Advocaat Generaal van het HvJ aangeduid dat artikel 21 hier van toepassing was.

    Nadat het Hof had vastgesteld dat de gepresenteerde justitionele vragen door de CRvB geen betrekking hadden op de kern van het geschil, moest het Hof terug verwijzen naar de CRvB op grond van het arrest Agelidaki. Het Hof deed dit met duidelijke verwijzing o.a. naar artikel 21 VWEU en de toepassing daarvan.
    Kort gezegd, de CRvB had daar geen boodschap aan en ging verder slechts uit van het secundaire recht en Nederlands recht en deed dienovereenkomstig uitspraak . De Nederlandse regering verkreeg daarmee de medewerking van de verzekeringmijen om te accorderen. Hierbij verkregen deze per slot een financiëel voordeel van ruim 2 miljard euro in de schoot geworpen. Dit is een geschat bedrag welke als reservering voor toekomstige ziektekosten van de gepensionneerden in de boeken stond.
    Al met al zijn wij het slachtoffer van het rechteloos regeren van de rechtstaat(?) Nederland.

    Hierbij komt de essentiële weigering van de regering en rechtelijke macht om te voldoen aan de Köbler dotrine welke door het Hof van Justitie is opgelegd aan alle EU landen. Deze bestaat uit in principe een onafhankelijk rechtsinstituut in te stellen om de burger toegang te verschaffen tot het Hof, weliswaar onder strenge voorwaarden, ook al is een uitspraak “ in kracht van gewijsde” gegaan. Indien het een geschil betreffende gemeenschapsrecht is dan ten alle tijden moet dit worden voorgelegd.

    Ik heb de minister voor rechtsbescherming benaderd, heb rechtzaken aangespannen en diverse organen aangesproken. Het doel is om de Nederlandse staat te laten voldoen aan het arrest Köbler en daarna het Hof verzoeken om een uitspraak. Mijns inziens zal dit laatste positief uitvallen. Tot zover geen resultaat.
    Momenteel in correspondentie met de Ombudsman, en ook met de petitie commissie uit het Europese parlement. Allen zijn weerbarstig.

    Waar dus alle commentaren van uitgaan is dat de CRvB in zijn uitspraak voldoet aan het rechtstelsel waaronder wij leven. Helaas onjuist. Dat is uiteindelijk de oorzaak waarom wij in deze financiëel nadelige en discriminatoire situatie zijn beland.
    De minister voor rechtsbecherming geeft mij aan dat ik bij de civiele rechter moet zijn, evenals destijds ‘Edith Schipper’ , maar de civiele rechter wenst zich niet te bemoeien en stuurt door naar de bestuursrechter waarna je weer bij de CRvB komt in hoger beroep. De bestuursrechter in eerste instantie zegt reeds, zonder zitting, dat hij de uitspraak van de CRvB zal volgen. Daarmee is het kringetje rond en behoeft de regering niets te doen.
    Het spreekwoord ‘de splinter en de balk ‘ schijnt onbekend te zijn in den Haag.
    De rechtstaat Nederland wankelt.
    Indien de lezer meer informatie wenst ben ik gaarne bereid om daaraan te voldoen. Henk Komdeur, e-mail : komdeur.henk@gmail.com

    Antwoord
    • In het bovenstaande wordt ervan uitgegaan dat de CRvB in de einduitspraak volgend op het EHvJ arrest Van Delft C-345/09 het gemeenschapsrecht heeft geschonden. Pas dan wordt namelijk het arrest Köbler van belang dat de aansprakelijkheid benoemt die een lidstaat heeft indien – ook een rechterlijke instantie van die lidstaat – het gemeenschapsrecht schendt. Die schending is echter niet aangetoond. Op zijn minst is onjuist de stelling dat de CRvB voorbijgegaan zou zijn aan toetsing van de voorliggende rechtsvragen aan het primaire EU-recht. Uit het arrest van de CRvB blijkt dat dit niet het geval is. Het EHvJ heeft drie vragen omtrent mogelijke discriminatie van pensioenemigranten ter beoordeling aan de CRvB, als de nationale feitenrechter, ter beantwoording voorgelegd. Die gingen over de (gedeeltelijke) ontbinding van de voorheen bestaande particuliere zk-verzekeringen. De CRvB kwam tot de conclusie dat Nederland die wettelijke ontbindingsmogelijkheid op niet-discriminerende wijze had toegepast. De inzet van de betrokken klagers op discriminatie is na het CRVB arrest nog eens voorgelegd aan het EHRM als laatst mogelijke rechterlijke instantie. Die heeft de beroepen op het EVRM, ter zake van discriminatie en ontneming van eigendomsrecht, eveneens verworpen of niet ontvankelijk verklaard.

      Eerder heb ik betoogd dat het juister was geweest indien bij de invoering van de ZVW, maar met name bij de opstelling van de bijbehorende overgangswet, een uitzondering was gemaakt voor de in 2005 nog particulier verzekerden in het buitenland, zodat zij hun part. verzekering geheel hadden kunnen behouden, althans dat het (gedeeltelijke) ontbindingsrecht uitsluitend bij de verzekeringnemers was gelegd. Dat zou echter een politieke beslissing hebben gevergd, want deze was niet juridisch afdwingbaar omdat (sociale) wetgeving nu eenmaal veranderd mag worden.
      Optreden tegen verzekeraars langs civielrechtelijke weg is thans niet meer mogelijk. De kans die een bodemprocedure in 2006 nog bood is door verjaring allang verloren gegaan. Dat die kans is laten lopen is overigens wel te betreuren. Herstel is slechts mogelijk op basis van een (vrijwillige) ZVW-verzekering voor pensioenemigranten (tegen Nederlandse premies), maar gebleken is dat de Nederlandse politiek daar niet op in wenst te gaan.

      Antwoord
      • Hoe kom ik aan de WHO gegevens betreffende de zorgkosten Frankrijk?
        Ik type het wel in in Google, maar krijg zo’n waslijst aan gegevens.
        Graag een verwijzing.

  20. Ik heb even 10 minuten gekeken , lees verder en huiver.

    De WHO rapporteert over Duitsland gezondheidsuitgaven 2020 een bedrag van 4.418 euro per persoon.
    Het Statistische Bundesamt rapporteert 5.298 euro per persoon.

    De totale gezondheidsuitgaven in Duitsland waren 440,5 miljard euro met ca.83 miljoen inwoners.

    In deze gezondheidsuitgaven van Duitsland is opgenomen, net zoals in 2017,2018 en 2019 !!!!!, administratie en beheerkosten 19 miljard EN daar is ie weer 120 miljard aan inkomensvergoedingen ( loondoorbetaling bij ziekte, moederschapsgeld etc. )

    Een simpel rekensommetje leert mij dat de gezondsuitgaven zoals bedoeld in de ZvW in Duitsland max. 300 miljard waren met 83 miljoen inwoners kom ik op ca. 3.600 per persoon .

    Dus hoe die WHO aan 4.400 komt ???

    De bron van dit geheel Statistische Bundesamt, gesundheits ausgaben 2020.
    Als ik nog tijd en zin heb ga ik de Nederlandse uitgaven nog eens bekijken, misschien krijgen we dan een premie als we in Duitsland blijven wonen….

    Antwoord
  21. Aangezien ik toch bezig was.
    Zorgkosten Nederland 2020 volgens methode Zorgverzekeringswet.

    Uitgaven ZvW 47,4 miljard en uitgaven WLZ 26,1 miljard totaal 73,5 miljard.
    Volgens CBS waren er in 2020 17,4 miljoen inwoners in Nederland, resulteert in een bedrag van 4.224 per persoon.

    De Duitse cijfers Uitgaven gezondheidszorg 440,6 miljard, uitgaven aan beheer, administratie, gebouwen 19.054 miljard en uitgaven loondoorbetaling bij ziekte 120 miljard, totaal 139.054 miljard.
    Brengt de te rekenen zorgkosten op 301.546 miljard.
    In Duitsland woonden 83,16 miljoen inwoners in 2020.

    301,546 miljard gedeeld door 83,16 is 3.626 per persoon.
    Dat reulteert in een WLF van 0,858.
    Volgens de staatscourant is de WLF 101,69.

    Antwoord
    • In de uitgaven van de duitse Krankenkassen zit ook de basis-tandartszorg.
      Of dat substantieel is weet ik niet, maar in Nederland zit het, dom genoeg overigens, niet in het pakket.

      Antwoord
  22. Ik lees dus in de WHO cijfers:
    Nederland kosten €6650, Frankrijk van €4657,8 naar €4492,7 gezakt in 2019.
    Dan kom ik op 67,5% als woonlandfactor en niet een woonlandfactor in 2019 van 83,16%.
    Die 67,5% komt trouwens aardig in de buurt van de 65% vergoedingen in de basisverzekering Frankrijk.
    Zijn berekeningen correct?
    Met dank aan Jan voor de verwijzing naar de site van de WHO!

    Antwoord
    • Hallo Max Boret,

      Jij leest dus ergens in die WHO cijfers dat de zorgkosten in Nederland 6.650 euro p.p.zijn over 2019.
      Dat is op zich al een reden om die WHO cijfers in de prullebak te gooien , aangezien ze over 2020 een bedrag van 4.344 rapporteren.

      Dat betekent een kostendaling in 1 jaar van ca.35% in Nederland.
      Nou ja, de tijd van sprookjes en de Fabeltjeskrant ligt toch al een heel tijdje achter ons…)))

      Antwoord
    • Gelieve het CBS rapport en ook de Staatscourant te lezen ten behoeve van de vaststelling welke WHO cijfers gebruikt zijn. Dat zijn namelijk niet “de zorgkosten per persoon”, maar slechts de publieke gefinancierde (dus slechts een deel van de zorgkosten). Die zijn overigens wel uit de WHO-database te halen, maar vereisen selectie op 3 financieringsmechanismen.

      Antwoord
  23. Naar mijn mening geeft bovenstaande voldoende materiaal voor verdragsgerechtigden wonend in Duitsland om in januari 2023 een bezwaarschrift in de dienen bij de SVB ( ingeval van AOW) .
    Er wonen meer dan 100.000 verdragsgerechtigden in Duitsland, dus zou wel een helder signaal zijn als er massaal bezwaar gemaakt gaat worden.
    En hoe de SVB die ( hopelijk grote) stroom gaat handelen, is haar pakkie aan.
    Het argument dat door VWS wordt aangehaald om over te stappen naar WHO cijfers is niet valide voor Duitsland.
    De Nederlandse zorgkostencijfers (ZvW en WlZ) worden jaarlijks duidelijk gerapporteerd, de Duitse zorgkostencijfers worden jaarlijks net zo duidelijk en inzichtelijk gerapporteerd.
    Bij beide landen zijn die cijfers voor iedere burger toegankelijk, begrijpelijk en inzichtelijk.
    Ze zijn toekomstbestendig en valide.
    Door over te stappen naar WHO cijfers zijn deze afwijkende cijfers dan die van het woonland niet meer inzichtelijk, onduidelijk , niet inzichtelijk, kortom voor een burger niet te begrijpen.
    Daar komt bij dat verzoeken om uitleg aan het WHO niet worden beantwoord en een beroep op de Wet Openbaarheid van Bestuur is bij de WHO niet mogelijk.

    Daar komt bij, zoals al gemeld, dat VWS afwijkt van de Zorgverzekeringswet, Regeling Zorgverzekering art.6.3.1 lid 1, waarin helder beschreven staat hoe de WLF berekend moet worden.
    Het kan toch niet zo zijn, dat wij als burger ons aan de wet moeten houden, maar VWS niet ?
    Samengevat is er geen enkel valide argument om bij de berekening van de WLF voor Duitsland over te stappen naar onduidelijke WHO cijfers i.p.v. gebruik te blijven maken van duidelijke Nederlandse en Duitse cijfers.

    Antwoord
    • Massaal bezwaar, goed idee. Is er hier iemand die een goed bezwaarschrift kan formuleren wat door ieder die dat wil gebruikt kan worden? Ik ben niet juridisch geschoold…

      Antwoord
  24. Willem Vos, Hans Cartsens, op de site van Nederlanders.fr is ook een discussie bezig over de woonlandfactor. Er zijn een paar leden die wat getalletjes bij elkaar optellen en zo Nederland vrij pleiten van verkeerde berekeningen.
    Mag ik jullie commentaar plaatsen op die site.
    Misschien gaat dan de ogen open voor bepaalde leden, die nu nog geloven dat Nederland eerlijk en transparant Nederlanders in Frankrijk belast.

    Antwoord
  25. Het is voor mij niet mogelijk om de juistheid van de vastgestelde bedragen gehanteerd in de berekeningswijze voor de woonlandfactor vast te stellen.
    Een mogelijk bezwaarschrift indienen en deze met argumenten te onderbouwen derhalve ondoenlijk.

    Als in januari 2023 de inhouding volgens de vastgestelde woonlandfactor 2023, in mijn situatie die voor Frankrijk, wordt toegepast zal ik daar echter wel toe overgaan.
    Mijn bezwaar zal zich richten op de ongelijkheid in behandeling van de factor van 2023 t.o.v. 2022 en de toepassing daarvan.

    Tabel Factorbepaling 2023
    Er zijn 39 landen genoemd. Hiervan zijn er 33 die een lagere factor krijgen dan welke op basis van het voorgaande jaar zou moeten gelden.
    Dit zijn met name de 5 landen die een factor verkrijgen van 1.
    Hier treden verschillen, lees kortingen, op die varieren van -9,7 tot -31,8.
    Maar ook een verschil toegepast voor Zwitserland. N.l. -47,4.

    In schril contrast de 6 landen waarvoor een hogere factor, lees negatieve aanpassing, wordt toegepast.
    Hieronder ook Frankrijk met de grootste verhoging t.o.v. de vastgestelde factor 2023.
    Op basis van het voorgaande jaar zou er een factor moeten worden toegepast van 81.09.
    Bij de middeling over drie jaar wordt deze verhoogd tot 86,14. Een verhoging van +5,05.
    Dat een gemiddelde wordt toegepast in een overgangssituatie, wanneer deze resulteert in een verhoging, valt te billijken.
    Een negatieve aanpassing is in deze situatie m.i. niet houdbaar en derhalve betwistbaar onder het mom van gelijke monniken, gelijke kappen.

    Antwoord
    • IK zou zeggen dat een eventueel bezwaarschrift juist niet moet berusten op het argument “gelijke monniken, gelijke kappen”, maar op het doel van de toepassing van methodiek van driejaarsgemiddelde. Dat is namelijk het slechts geleidelijk toegroeien naar een structurele hogere factor. In geval van Frankrijk wordt door die methodiek het tegenovergestelde doel bereikt, namelijk het slechts geleidelijk toegroeien naar een lagere factor. Dat geldt ook voor een paar andere landen, maar het effect is bij Frankrijk het sterkst.

      Antwoord
      • Jan de Voogd, dank voor de snelle reactie!
        Het “gelijke monniken gelijke kappen”, is door mij speekwoordelijk gebruikt en zal uiteraard in mijn eventuele bezwaarschrift anders worden verwoord.
        Jouw aanwijzing zal ik ter harte nemen.
        Op voorhand. Ieder mens heeft recht op gelijkwaardige afhandeling.
        Dit is in, de toegepaste methode voor de vaststelling van, de woonlandfactor 2023, volkomen afwezig.
        Hoe kun je als Ministerie van VWS, zonder nadere toelichting of onderbouwing, het verschil verklaren waarin de ene verdragsgerechtigde een aanpassing verkrijgt van -47,40 om te wennen aan de uitkomst van de zgn. nieuwe berekeningswijze en de ander een verhoging krijgt van +5,05 om te wennen aan een mogelijke verminderde inhouding.

        (Terzijde, en dat, gezien de berekening voor 2023 voor Frankrijk, duidelijk wijst op het mogelijk hanteren van foutieve cijfers voor de voorafgaande jaren).

        Met enig realiteitsbewustzijn van het Ministerie VWS is de stelling: ”dat het in belang is om toe te groeien naar een verminderde bijdrage”, in het belang is van de verdragsgerechtigde onhoudbaar is.

  26. Die methodiek van de driejaarsgemiddelde is alweer zo’n flauwe streek om de hele WLF volslagen ondoorzichtig te houden.
    En daarmee niet aan te vallen = slimme ambtenaren-truckenoos-werk-machinatie.

    Vroeger bestond er alleen het VWS, het ministerie = de verantwoordelijke instantie.
    Daarna werd er een buffer gezet tussen de verzekerden en het VWS : het CVZ.
    Maar dat gaf het nadeel voor VWS dat het CVZ een onderdeel van VWS was en dus juridisch er niets veranderde qua aansprakelijkheid.
    Volgende stap :
    De opzet van het ZorgInstituut Nederland dat als aparte organisatie juridisch BUITEN het VWS viel en daarmee VWS uit de wind hield en waarvan het CVZ een onderdeel was.
    Daaropvolgende stap :
    Vervang het CVZ door een nieuw bureau BUITEN de ZIN en noem het CAK en laat die weer als onafhankelijk instituut fungeren, nog verder weg van VWS om het VWS nog verder buiten bereik van klagers te houden.

    Er is dus een drietrapsraket gebouwd (VWS ZIN CAK) als een salamander met een dubbel verdeelde staart waarvan telkens een deel afvalt als je die grijpt en de salamander zelf dubbel buiten bereik blijft.
    Ofwel de grote afschuifdriehoek, de drielagenstapeling, is “kundig” opgezet om oneindig alle bezwaren door te sturen van de een naar de ander, op en neer van Pontius naar Pilatus en weer terug of naar de lokale koddebeier, om van “het gezeur” af te zijn.
    En tegenstanders/klagers in verwarring te brengen en te ontmoedigen.
    En dat : “lukt prima, toch ?”.
    Doel bereikt bij VWS.

    De oorspronkelijke opzet van het verhalen van de woonlandzorgkosten per jaar, 1 op 1, wordt op dezelfde manier ongedaan gemaakt, zijnde het het verdoezelen van de feiten via ombestemde WHO-gegevens en vage 3-jaar gemiddelden, dus het verdoezelen van het rekenkundige faillissement van de hele Zvw Buitenlandbijdrage systematiek, inclusief de WLF en diens “gelijdelijk toegroeien naar een lagere factor”.

    (Scheids-)rechter : Rode kaart voor onbehoorlijk bestuur en het van achter (een bureau) tackelen van de terecht klagende en onjuist betalende verdragsgerechtigden.

    Antwoord
    • Het doel van die driejaarsgemiddelden is geleidelijkheid te bewerkstelligen in overgang op een nieuwe meting van de woonlandfactor. In de meeste woonlanden is dat gunstig voro de verdragsgerechtigden. In Frankrijk pakt dat minder goed uit. Of de uitvoering van de regeling voor verdragsrecht nu bij een zbo , als het CAK, ligt of bij VWS maakt voor bezwaar- en beroepsprocedures niets uit.

      Antwoord
  27. Woon sinds midden 2021 in het VK, gepensioneerd en ontvang mijn pensioen en AOW uit Nederland. Heb de volgende vraag over de forse CAK bijdrage die ik maandelijks moet betalen. Graag een reactie van bijvoorbeeld iemand die in de zelfde situatie zit. Heb inmiddels, ombudsman en het parlement benaderd.

    Verdrag ’s bijdrage buitenland via het CAK.

    Na een vruchteloos contact met het CAK, ben ik via de Nederlandse Ombudsman geadviseerd contact op te nemen met een lid van de Tweede Kamer, aangezien het om een bilateraal verdrag gaat.

    Ik ben gepensioneerd en sinds midden 2021 geëmigreerd naar het Verenigd Koninkrijk. Ontvang mijn pensioen van Nederlandse pensioen voorzieners, inclusief AOW. Derhalve val ik onder de regeling van medische verzekering via het CAK, middels een verdrag tussen het VK en NL. Daartoe wordt een aanzienlijke verdrag bijdrage ingehouden op mijn pensioen betalingen, van ca. Euro 250 per maand.

    In het VK ben ik medisch verzekerd via de NHS waarvoor ik geen aparte premie betaal. De premie (mijn deel van de kosten van de NHS) is een deel van de inkomsten belasting, die ik het in VK betaal zoals iedere ingezetene.

    Kennelijk brengt de NHS kosten van medische verzorging in het VK, in rekening bij het CAK. Het is mij niet duidelijk wat voor kosten dat zijn, werkelijk kosten, een vast bedrag, wat voor bedrag? Een duistere regeling!

    Om op een vergelijkbaar niveau van medische zorg kwaliteit te komen, als ik in Nederland gewend ben, heb ik ook een privé medische verzekering afgesloten. De kosten daarvan zijn ca, Euro 270 per maand. Ik betaal dus al ca. Euro 520 per maand aan medische verzekeringen. Daarbij is niet inbegrepen het deel van mijn VK inkomsten belasting bedoeld ter betaling van mijn NHS verzekering. Aangezien het CAK claimt dat de NHS bij hen maandelijks medische kosten voor mij in rekening brengt, neem ik even aan, dat dat ook ca. Euro 250 per maand is. Dus mijn totale kosten aan medische verzekeringen zijn ca. Euro 750 per maand.

    Ik heb in het VK geen recht op inkomsten belasting korting voor de inhoudingen die het CAK op mijn pensioen betalingen uitvoert. Betaal dus inkomsten belasting over het inkomsten bedrag vóór aftrek van CAK premie.

    Mijn conclusie van deze situatie is de volgende;

    A. Ik betaal dus een dubbele medische verzekering premie, namelijk de eerste via de CAK aftrek op mijn pensioen betalingen en de tweede middels het deel van mijn inkomsten belasting, die ik in het VK betaal voor de NHS medische verzekering kosten.

    B. Aangezien ik medisch verzekerd ben in het VK, via de NHS en mijn privé verzekering en daarvoor volledig in het VK betaal, heb ik een medische verzekering via het CAK helemaal niet nodig. Betaal dus Euro 250 per maand voor niets!

    C. De maandelijkse totale kosten van een geschatte Euro 750 per maand, zijn natuurlijk absurd hoog.

    Ik begrijp dat het een en ander voortvloeit uit een verdrag tussen Nederland en het VK, maar de gevolgen daarvan voor mijzelf zijn unfair en onredelijk. Kan mij voorstellen dat ik niet de enige ben, die worstelt met dit probleem. De positie van het CAK is, zeer in het kort, “wij voeren de wet uit, u moet niet bij ons zijn”. De Ombudsman gaf aan dat er inderdaad een probleem is, maar dat ik met de “politiek” contact op moet nemen, aangezien het om een bilateraal verdrag gaat. Ik wacht op antwoord!

    Antwoord
    • Als het socialezekerheidsverdrag VK-Nederland hetzelfde bepaalt als voorheen (voor de Brexit) t.a.v. verdragsgerechtigdheid voor gepensioneerden wonend in het V.K. krachtens vo883/2004 gold, klopt uw analyse. En ook de conclusie van de ombudsman dat u voor wijziging van het verdrag bij de politiek moet zijn. Het onderwerp is hier, deftig geformuleerd: “discoördinatie tussen fiscale en socialezekerheidsstelsels”, ook wel minder deftig genoemd: economisch dubbel betalen voor wettelijke zorg. VBNGB heeft daar een factsheet over, te vinden op deze site. Rechterlijke procedures leveren tot heden vrijwel nooit een correctie op om daarvan af te komen, noch in het pensioenland, noch meestal in het woonland. De Nederlandse rechter oordeelt dan consequent dat het hier om een probleem gaat dat de politiek moet oplossen: en dan met name het woonland (bijv. in de sfeer van een belastingteruggaaf door het woonland). Mocht u in de Tweede Kamer iets bereiken dan zal dat voor veel VBNGB leden interessant zijn, ook in heel veel andere verdragslanden die wettelijke woonlandzorg financieren (geheel of gedeeltelijk) uit de algemene middelen.

      Antwoord
      • Dank voor uw antwoord, was er al bang voor. Wacht een reactie af van twee kamerleden. Ga ook de mp in de county waar ik woon benaderen, het gaat tenslotte over een bilateraal verdrag. Zal u op de hoogte houden, maar heb weinig vertrouwen op een goede afloop!

      • Een van de twee betrokken landen is lid van de eu, nl. NL. Zou het mogelijk zijn om via een kort geding met verzoek tot uitleg over de nl uitleg over de ziektekosten te verwijzen naar hof Luxemburg? Die weg is mischien sneller en/of betaalbaarder dan de politieke (het een sluit het andere niet uit!). Vaak goede strategie om alvast meteen na te denken over de eu hoek van de zaak. En niet pas over denken als het op bilateraal niveau niet lukt.
        Just an idea. Ik woon zelf ook in VK sind ruim 40 jaar en kom sinds Brexit heel medische zorg problemen tegen. Aan beide kanten. Ik heb nl ook nog een klein stukje NL pensioen.

      • Er is al eens in een vergelijkbaar geval aan de EC voorgelegd of in geval van dergelijke discoördinatie sprake is van schending van het EU recht. Het duidelijke antwoord is: neen. Ook heeft het EHvJ al duidelijke schotten gezet tussen financiering met behulp van verzkeringspremies en uit de algemene middelen, dus Het EHvJ zal tot een vergelijkbaar oordeel komen. In de factsheet van de VBNGB, zie onder factsheets op deze site, staan voorstellen voor diverse oplossinggen: sommige bilateraal, sommige multilateraal, sommige eenzijdig nationaal. M.i. is de meest elegante de multilaterale, namelijk door middel van wijzigng van art. 30 Vo883/2004. Dat vereist echter instemming van de lidstaten. De eenvoudigst door te voeren is een unilaterale: de woonstaat verlaagt de belastingaanslag van de verdragsgerechtigde met de aan het CAK betaalde bijdrage. Dat kent nog wel wat tecvhnische complicaties: wat indien de belastingaanslag negatief zou worden?
        Naar het EHvJ stappen is overigens niet zonder meer mogelijk: een rechter kan slechts prejudiciële vragen voorleggen aan het EHvJ en mag dat niet zonder gegronde reden doen. Gezien eerdere uitspraken van het EHvJ is zeer de vraag of een rechter dat zal doen.
        Overigens heeft dit “dubbel betalen” niets te maken met het onderwerp van deze draad (woonlandfactoren). Door “discoördinatie” in de zoekfunctie in te tikken zijn de juiste draden te vinden waar al meer over dit onderwerp geschreven is.

      • Ik ga vandaag contact opnemen met een Engelse MP over mijn dubbele premie probleem, het is tenslotte een bilateraal verdrag. Misschien helpt dat. Heb 2 voorstellen gedaan ter oplossing. De lange weg, het corrigeren van het verdrag, er zit een fout in. Ten tweede een verzoek aan de Engelse HMRC om belastingverlaging gelijk aan de CAK premie. Dit laatste zal ik ook proberen via mijn belasting consulent. Maak mij geen illusie over een snelle oplossing, maar ik betaal ca. Euro 3,000 per jaar teveel, zonder enige toegevoegde waarde! Dat is de moeite waard!

      • Ik heb nog een aanvullende vraag mbt het bilaterale verdrag tussen het VK en NL. Wat is de precieze naam, eventueel registratie nummer, of andere duiding van dit verdrag, het internet geeft daar geen informatie over. Dat zou mij kunnen helpen bij verdere correspondentie. Mijn dank alvast voor een antwoord!

      • Waarschijnlijk is dit bilaterale socialezekerheidsverdrag van toepassing tenzij in het Brexit verdrag anders zou zijn voorzien:

        https://wetten.overheid.nl/BWBV0001782/2007-06-01#Verdrag_2

        Verdrag inzake sociale zekerheid tussen het Koninkrijk der Nederlanden en het Verenigd Koninkrijk van Groot-Brittannië en Noord-Ierland, ’s-Gravenhage, 21-12-2005

        Waarschijnlijk is art. 15 lid 5 voor verdragsrecht.

        Maar interessant ter voorkoming dubbele betaling zou dit artikel zijn:

        Deel II. Bepalingen inzake de wetgeving die van toepassing is op verschuldigde premies of bijdragen

        Artikel 7. Algemene bepalingen
        • Lid 6. Wanneer een persoon geen betaalde werkzaamheden verricht, is hij uitsluitend onderworpen aan de wetgeving van de Partij op wier grondgebied hij gewoonlijk woont.

      • Dank voor uw snelle antwoord!

      • Waarschijnlijk is echter deze overeenkomst van kracht:
        HANDELS- EN SAMENWERKINGSOVEREENKOMST tussen de Europese Unie en de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie, enerzijds, en het Verenigd Koninkrijk van Groot-Brittannië en Noord-Ierland, anderzijds

        https://eur-lex.europa.eu/legal-content/NL/TXT/PDF/?uri=CELEX:22021A0430(01)&from=EN
        met daarin het Protocol betreffende de coördinatie van de sociale zekerheid, dat wat betreft verdragsrecht sterke gelijkenis vertoont met Vo883/2004

      • Heb het CAK eindelijk zover dat ze, tussen de regels door, toegeven dat er een probleem is mbt het verdrag met het VK en dat dit verder moet worden uitgezocht. Heb het CAK eraan herinnerd dat het ook hun verantwoordelijkheid is, om melding te maken van misstanden. En zal correspondentie met het CAK delen met de MP’s die ik heb benaderd. Kennelijk is er nu een Europees verdrag, dat na de Brexit, ongewijzigd door het VK is overgenomen. Daarom heb ik ook een Nederlands MEP in Brussel op de hoogte gesteld en verzocht om actie. Vervolgens heb ik mijn Engelse belasting consulent verzocht, met een kopie van mijn bericht naar de Engelse MP, om een inkomsten belasting korting aan te vragen, ter waarde van mijn CAK inhoudingen. Dat gaat natuurlijk (nog) niet werken, tot er overeenstemming is mbt het dubbel betalen van health insurance, maar denk dat het goed is dit kanaal alvast te gebruiken. We zullen zien!

Een reactie versturen

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Met het plaatsen van een reactie accepteert u het privacybeleid.

Blijf op de hoogte

Ontvang een e-mail wanneer er nieuwe berichten online staan.

Factsheet