Selecteer een pagina

Kan ik belastingvrij met pensioen in Portugal?

feb 14, 2018

In dit bericht signaleren wij twee alweer wat oudere, en ogenschijnlijk tegenstrijdige Nederlandse rechterlijke uitspraken. De laatste in tijd, van de Rechtbank Zeeland uit 2017, is zeer ongunstig voor gepensioneerden met Nederlands pensioen in Portugal. De oudere in tijd, en van een hogere rechter (een Gerechtshof in 2015) was daarentegen gunstig. Mogelijk dat er nog nieuwe jurisprudentie komt, zeker als betrokkene hoger beroep heeft aangetekend. Heeft u zelf meer informatie zet die dan a.u.b. in het reactieveld onder aan dit bericht. Stuur het bericht ook gerust door aan mogelijk (andere) geïnteresseerden in Porugal.

Gunstig – Gerechtshof Den Haag maart 2015)

Een man woont in 2008 in Portugal. Hij ontvangt een pensioenuitkering uit Nederland. In Portugal geeft hij 15% van deze uitkering aan. Volgens de Nederlandse belastinginspecteur wijst het Verdrag het heffingsrecht over pensioen in dat geval toe aan Nederland. Dat is onjuist oordeelt Hof Den Haag in hoger beroep; volgens nationale wetgeving van Portugal is de gehele pensioenuitkering namelijk belastbaar in Portugal. Of er daadwerkelijk belasting wordt geheven is niet relevant.

Situatie

Meneer X woont in 2008 in Portugal. Zijn inkomen bestaat onder meer uit Nederlands loon en Nederlands pensioeninkomen van € 67.891. Op basis van de Vrijstellingsverklaring van de belastinginspecteur is het pensioen van X zonder inhouding van loonbelasting uitgekeerd.

X gaf zijn loon en pensioen op voor de Portugese inkomstenbelasting. Volgens de Portugese belastingwetgeving geldt voor pensioenuitkeringen een soort saldomethode. Van de belastbare pensioenuitkering mag de investering worden afgetrokken. Daarom gaf X het pensioen aan voor een bedrag van € 10.184. Dit komt overeen met 15 % van de bruto pensioenuitkering. De aanslag is overeenkomstig de aangifte opgelegd.

Omdat maar 15% van het pensioen in Portugal daadwerkelijk belast werd, was de Nederlandse inspecteur van mening dat het heffingsrecht op het grond van Verdrag tussen Nederland en Portugal ter voorkoming van dubbele belasting aan Nederland toekwam. Meneer X was het daar niet mee eens. De rechtbank was het eens met de inspecteur; X ging in hoger beroep.

Oordeel van het Hof

Het Verdrag wijst de heffingsbevoegdheid over een pensioenuitkering toe aan het woonland (hier Portugal). De bronstaat (Nederland) mag echter heffen wanneer de pensioenuitkering in de woonstaat voor minder dan 90% “in de belastingheffing wordt betrokken”. Volgens het Hof is de pensioenuitkering volgens de Portugese wetgeving voor het geheel in Portugal belastbaar. Het Verdrag wijst de heffingsbevoegdheid dus niet toe aan Nederland. Anders dan de Inspecteur betoogt is daarbij niet relevant of in Portugal over nagenoeg de gehele pensioenuitkering daadwerkelijk belasting is geheven.

Beoordeling van het hoger beroep

7.1. Ingevolge artikel 7.1, aanhef en onderdeel a, van de Wet inkomstenbelasting 2001 (de Wet) juncto artikel 7.2, tweede lid, onderdeel d, van de Wet behoort de door belanghebbende in het onderhavige jaar van [A] Verzekeringen ontvangen pensioenuitkering tot het belastbare inkomen uit werk en woning in Nederland.

7.2. In artikel 18, eerste lid, van het Verdrag is de heffingsbevoegdheid ter zake van een pensioenuitkering toegewezen aan het woonland, in casu Portugal. Krachtens artikel 18, tweede lid, onderdeel b, van het Verdrag komt de heffingsbevoegdheid evenwel toe aan de bronstaat, in casu Nederland, indien en voor zover het brutobedrag van het pensioen in de woonstaat voor minder dan 90 percent in de belastingheffing wordt betrokken.

7.3. Tussen partijen is niet – langer – in geschil dat de pensioenuitkering krachtens de nationale wetgeving van Portugal, meer in het bijzonder artikel 54, derde lid, van de CIRS, voor het geheel in Portugal belastbaar is. Naar het oordeel van het Hof staat daarmee vast dat de pensioenuitkering in Portugal voor meer dan 90 percent in de belastingheffing wordt betrokken. Derhalve wijst het Verdrag de heffingsbevoegdheid niet toe aan Nederland. Anders dan de Inspecteur betoogt is daarbij niet relevant of in Portugal over nagenoeg de gehele pensioenuitkering daadwerkelijk belasting is geheven. Op dit punt sluit het Hof zich aan bij het standpunt dat de staatssecretaris van Financiën inneemt in zijn toelichting, V-N 2007/7.8., bij de uitspraak van Hof Arnhem van 3 oktober 2007, ECLI:NL:GHARN:2007: BB6073: Het hof heeft geoordeeld dat met de woorden “in de belastingheffing wordt betrokken” zoals deze zijn opgenomen in art. 18, tweede lid, onderdeel b, van het Verdrag tussen het Koninkrijk der Nederlanden en de Republiek Portugal tot het vermijden van dubbele belasting en het voorkomen van het ontgaan van belasting met betrekking tot belastingen naar het inkomen en naar het vermogen, gesloten te Oporto op 20 september 1999, Trb. 1999, 180 (hierna: het Verdrag), een onderworpenheidseis is neergelegd en dat niet relevant is of in Portugal daadwerkelijk feitelijk belasting wordt geheven of dat een aanslag is opgelegd. Dit oordeel acht ik juist.

7.4. Gelet op hetgeen hiervoor is overwogen is het hoger beroep van belanghebbende gegrond.

Commentaar

Deze procedure gaat over de vraag of Nederland over de volledige uitkering mag heffen wanneer Portugal maar 15% van een pensioenuitkering daadwerkelijk belast. Bron van de discussie is de uitleg van artikel 18 van het Verdrag. Uit de tekst van dat artikel leidt het Hof af dat voor pensioentermijnen de woonstaat (= staat waarvan de belastingplichtige inwoner is) bevoegd is om de pensioentermijnen in de belastingheffing te betrekken. Hiervan moet worden afgeweken wanneer voldaan wordt aan de voorwaarden van het tweede lid van artikel 18. Op grond van dit tweede lid mag de bronstaat (Nederland) het pensioen belasten als voldaan wordt aan de volgende voorwaarden:

a. de aanspraak op het pensioen in Nederland is

  • vrijgesteld of
  • de bijdragen aan de pensioenregeling of de verzekeringsmaatschappij zijn in het verleden bij het bepalen van het belastbare inkomen in Nederland in aftrek gebracht of
  • anderszins in Nederland in aanmerking gekomen voor fiscale facilitering;

b. het pensioen in Portugal wordt

  • voor minder dan 90 procent in de belastingheffing betrokken of
  • daar niet belast naar het algemene tarief geldend voor inkomsten uit niet-zelfstandige arbeid;

c. het brutobedrag van het pensioen in het kalenderjaar bedraagt meer dan € 10.000.

Over a. en c. bestaat geen discussie. Het geschil gaat om de vraag of het brutobedrag van het pensioen voor minder dan 90% in de belastingheffing van Portugal wordt betrokken. Na een analyse van het Verdrag en de Portugese Wet op de inkomstenbelasting meent de rechtbank van wel en geeft de inspecteur gelijk.

Het hof ziet dit anders en concludeert dat de pensioenuitkering volgens de Portugese inkomstenbelasting voor het geheel in Portugal belastbaar is Volgens het Hof staat daarmee vast dat de pensioenuitkering in Portugal voor meer dan 90% in de belastingheffing wordt betrokken. En wijst het Verdrag de heffingsbevoegdheid niet toe aan Nederland. Anders dan de Inspecteur betoogt is daarbij niet relevant of in Portugal over nagenoeg de gehele pensioenuitkering daadwerkelijk belasting is geheven. De uitleg van het hof van artikel 18 sluit aan bij het standpunt van de staatssecretaris van Financiën in zijn toelichting bij een uitspraak van Hof Arnhem van 3 oktober 2007(*). Hij is het eens met het oordeel van het hof dat met de woorden “in de belastingheffing wordt betrokken” zoals deze zijn opgenomen in art. 18, tweede lid, onderdeel b, van het Verdrag, een onderworpenheidseis is neergelegd en dat niet relevant is of in Portugal daadwerkelijk feitelijk belasting wordt geheven of dat een aanslag is opgelegd.

Het Hof motiveert haar conclusie in r.o. 7.3: “Tussen partijen is niet – langer – in geschil dat de pensioenuitkering krachtens de nationale wetgeving van Portugal (…) voor het geheel in Portugal belastbaar is”. Waarop het Hof dit baseert blijkt niet uit de uitspraak. Kennelijk heeft de inspecteur tijdens de mondelinge behandeling van deze zaak zijn mening bijgesteld. De vraag of de pensioenuitkering voor het geheel in Portugal belastbaar is of niet, blijft dus voor zover uit de uitspraak valt op te maken onbeantwoord en is nu juist de kern van de zaak.

Bron uitspraak: Gerechtshof Den Haag, 25 maart 2015, ECLI:NL:GHDHA:2015:965
Bronnen: Aegon bericht opgesteld naar de stand van zaken op 4 mei 2015 (auteur: Erik Schouten, adviseur internationaal pensioen Aegon Adfis); TaxLive 27 augustus 2015

Ongunstig – rechtbank Zeeland-West-Brabant (Breda) februari 2017

ECLI:NL:RBZWB:2017:1157
Instantie: Rechtbank Zeeland-West-Brabant
Datum uitspraak: 28-02-2017
Datum publicatie: 07-04-2017
Inkomstenbelasting artikel 7.2, artikel 18 Verdrag NL-Portugal, buitenlandse belastingplicht

Rechtbank Zeeland-West-Brabant is van oordeel dat het heffingsrecht over het volledige pensioen van X, op grond van art. 18 belastingverdrag Nederland-Portugal, aan Nederland toekomt. Het pensioen in Portugal wordt tenslotte voor minder dan 90% in de belastingheffing betrokken.

X woont sinds 2010 in Portugal. In 2012 ontvangt X een pensioenuitkering met LB-inhouding van een in Nederland gevestigd pensioenfonds van € 92.304. X verzoekt de Belastingdienst om vrijstelling van inhouding LB. De inspecteur wijst het verzoek af en rekent het pensioen volledig tot het belastbare inkomen uit werk en woning. Met name is in geschil of dat terecht is.

Rechtbank Zeeland-West-Brabant is van oordeel dat het heffingsrecht over het pensioen van X, op grond van art. 18 belastingverdrag Nederland-Portugal, aan Nederland toekomt. Het pensioen in Portugal wordt immers voor minder dan 90 percent in de belastingheffing in Portugal betrokken. De stelling van X, dat bij hem het gerechtvaardigde vertrouwen is gewekt, wordt verworpen. Het beroep is ongegrond.

Uitspraak als bedoeld in afdeling 8.2.6 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) in het geding tussen

[belanghebbende] , wonende te [woonplaats] (Portugal),
en
de inspecteur van de Belastingdienst,

Overweging rechtbank

Belanghebbende is woonachtig in Portugal. Hij ontvangt een pensioenuitkering uit Nederland. De rechtbank is van oordeel dat de inspecteur het volledige pensioen terecht in de heffing heeft betrokken nu dit pensioen in Portugal voor minder dan 90 procent in de heffing is betrokken.

Bron uitspraak: rechtbank Zeeland-West-Brabant: ECLI:NL:RBZWB:2017:1157
Bron: TaxLive 14 april 2017

Belang voor de praktijk

Nederland heeft met veel andere landen belastingverdragen gesloten om de heffingsbevoegdheid over inkomensbestanddelen onderling te regelen. In deze zaak gaat het om de belastingheffing over pensioentermijnen. Vaak – maar niet altijd! – mag het woonland heffen, ook al heeft de opbouw en de fiscale faciliëring in Nederland plaatsgevonden. Het ministerie van Financiën houdt een overzicht bij van alle door Nederland afgesloten belastingverdragen. Het International Tax Center te Leiden publiceert de Engelse en Nederlandse teksten van de belastingverdragen.

Voor staatspensioen geldt doorgaans iets anders. Daar mag het bronland normaliter heffen. Onder staatspensioen moet onder andere de Nederlandse AOW worden verstaan. Nederland houdt op twee verschillende manieren rekening met buitenlandse heffingsrechten. Dat kan op basis van de zogeheten vrijstellingsmethode of op basis van de zogeheten verrekeningsmethode.

De vrijstellingsmethode geldt meestal – afhankelijk van het belastingverdrag – voor loon in box 1 en altijd voor onroerende zaken in box 3. De verrekeningsmethode geldt bijvoorbeeld voor rente en dividend.

Vrijstellingsmethode

Nicolai woont in Nederland en ontvangt een Roemeense pensioenuitkering van € 1.336. Roemenië is heffingsbevoegd. Bij de vaststelling van de aanslag inkomstenbelasting moet rekening worden gehouden met een aftrek vanwege elders belast inkomen van € 176 voor het Roemeens pensioen. Dit bedrag is als volgt berekend:

Aftrek = (buitenlands inkomen / totaal inkomen) x Nederlandse inkomstenbelasting
Nicolai heeft een totaal inkomen van € 40.811, de Nederlandse inkomstenbelasting bedraagt € 5.377. De aftrek bedraagt dan:
(€ 1.336,- / € 40.811,-) x € 5.377 = € 176
Nicolai moet dus € 5.377 -/- € 176 = € 5.201 aan inkomstenbelasting betalen.

Verrekeningsmethode

Caspers box 1-inkomen bedraagt € 100.000. Normaal gesproken moet hij hierover € 25.000 inkomstenbelasting betalen. Maar Casper verdient dit inkomen in twee verschillende landen, voor € 20.000 in Nederland en voor € 80.000 in het buitenland. In het buitenland moet Casper € 15.000 belasting betalen.

Naar evenredigheid berekend zou Casper over dit buitenlandse inkomen in Nederland (€ 80.000 / € 100.000) x € 25.000 = € 20.000 belasting betalen. Het bedrag van de buitenlandse belasting (€ 15.000) is dus lager. Er wordt nu een bedrag van € 15.000 verrekend met de Nederlandse inkomstenbelasting.

Casper moet in Nederland € 25.000 -/- € 15.000 = € 10.000 aan inkomstenbelasting betalen.

NB: In deze voorbeelden gaat het uitsluitend om de inkomstenbelasting! Voor de premies volksverzekeringen (AOW, Anw, Wlz) en de Zvw gelden andere regels.

Noot fiscaal jurist van Jongbloed over emigratie en pensioen

Het verdrag met Portugal is voor wat het pensioen betreft anders dan het verdrag met Spanje, dit komt omdat het verdrag met Portugal van een latere datum is. Voor oudere verdragen geldt vrijwel altijd dat het woonland mag heffen, voor recentere verdragen geldt soms de mogelijkheid voor het bronland om belasting te heffen, dit meestal als het woonland vrijwel niet heft. Goed advies en juiste aangifte in Portugal zijn van cruciaal belang om heffingen in Nederland te beperken.

Bronnen: TaxLive / Fiscaal Juridisch Adviesbureau Nationale Nederlanden; Jongbloed fiscaal juristen

40 Reacties

  1. Dank U VBNGB!
    Een APB pensioen is een staatspensioen dat in het bronland wordt belast, AOW is een sociale uitkering die volgens het verdrag met Portugal in het woonland wordt belast. En opmerkelijk dat X uit het Breda rechtbankverslag niet de uitspraak van die andere X uit het Den Haag verslag heeft gebruikt?

    Antwoord
    • klopt het wel dat ABP pensioen een staats pensioen is, dat lijkt eerder de AOW, ABP heeft eigen inleggers die ambtenaar zijn geweest, AOW heeft iedereen opgebouwd als je maar woonachtig in Nederland was

      Antwoord
      • AOW wordt in belastingverdragen als socialezekerheidspensioen gekwalificeerd; ABP is meestal een staatspensioen, namelijk indien opgebouwd bij overheidswerkgever (niet bijv. bij opbouw door aanstelling in bijzonder onderwijs: dan is het een privaat pensioen).
        Voor overheidspensioenen geldt vrijwel altijd: belastbaar door de kasstaat (die het pensioen uitkeert). Voor sociale zekerheidspensioen kan het verschillen, soms de bronstaat- al dan niet onder condities- soms de woonstaat – al dan niet onder condities-. Soms is soc. zekerheidspensioen onder het pensioenartikel vermeld, soms valt het onder een restartikel.

  2. En na er nog eens over nagedacht te hebben, het kan zijn dat het verschil zit in het gegeven dat de 2de X pas in 2010 in Portugal is gaan wonen en daardoor in aanmerking kwam voor de 10 jaar vrijstelling belasting op pensioenen, terwijl die eerdere X nog wel over die 15% belasting moest betalen in Portugal. Bij de 2de X vind helemaal geen heffing plaats!

    Antwoord
  3. De weergegeven twee oordelen, van Gerechtshof en de Rechtbank, duiden er juist op dat er geen eenheid van rechtspraak is in de uitleg van art. 18 van het Belastingverdrag met Portugal. Men zou mogen verwachten dat X die door de Rechtbank Zeeland in het ongelijk werd gesteld in hoger beroep zal gaan. Mogelijk, en zelfs waarschijnlijk, dat pas de Hoge Raad een uiteindelijke interpretatie zal gaan geven, maar zo ver is het nog niet.

    Het bovenstaande duidt er wel op dat (potentiële) pensioenimmigranten in Portugal niet bij voorbaat erop kunnen vertrouwen dat Nederland niet bevoegd zou zijn over hun pensioeninkomen te heffen (in plaats van Portugal). Het arrest van Hof Den Haag geeft nog wel enige hoop, maar ook niet meer dan dat.

    Antwoord
  4. Ik zou altijd in beroep gaan. Volgens mij staat nog steeds de eerdere uitspraak als een huis dat het er om gaat of het volledige pensioen belast is in Portugal. Nergens staat vermeld hoeveel of dat er zelfs daadwerkelijk belasting moet worden geheven (NHR status). De ‘engelse’ text is hierbij raadgevend, die duidelijk aangeeft ‘or less than 90 per cent of gross amount of pension or other similar remuneration or annuity is TAXED’ (i.e. belasten / aangeslagen). Als je dus kunt aantonen dat je hele pensioen in Portugal wordt gezien als je belastbare inkomen, blijf ik er bij dat Nederland geen recht heeft. Waarom zouden ze anders die 90% hebben gedefineert en niet in de bepaling hebben opgenomen dat er daar werkelijk belasting afgedragen moet worden, met een minimum %. In kort staat nergens vermeld dat het gaat om de hoogte van de uiteindelijke aanslag, alleen of meer dan 90% wordt aangemerkt door de Portugese belastingdinest als belastbaar inkomen.

    Ik denk dat de belastingdienst gewoon een spel spelt omdat Portugal niet thuis geeft. Zich dom houdt en hoopt dat we het allemaal opgeven.

    Antwoord
  5. In de Rechtbank Zeeland zaak is hoger beroep aangetekend. Binnenkort is er een zitting van het Gerechtshof den Bosch, met op zijn vroegst een arrest begin juni.

    Antwoord
  6. De uitspraak in hoger beroep is er en gunstig voor de belastingplichtige. Zie:

    ECLI:NL:GHSHE:2018:2263

    Instantie Gerechtshof ’s-Hertogenbosch Datum uitspraak 25-05-2018 Datum publicatie 11-07-2018 Zaaknummer 17/00200 Eerste aanleg: ECLI:NL:RBZWB:2017:1157, (Gedeeltelijke) vernietiging en zelf afgedaan Bijzondere kenmerken Hoger beroep Inhoudsindicatie Inkomstenbelasting: belanghebbende is woonachtig in Portugal en geniet in het jaar 2012 een pensioenuitkering van een in Nederland gevestigd pensioenfonds. De vraag is of, gelet op artikel 54 van de Portugese Income Tax (PIT), met betrekking tot de pensioenuitkering van belanghebbende wordt voldaan aan de eis die wordt gesteld in artikel 18, lid 2, letter b, van het Verdrag. Artikel 54, lid 1, van de PIT is in het geval van belanghebbende niet van toepassing, aangezien de pensioenpremies in Nederland niet tot het loon behoorden, dan wel aftrekbaar waren. Belanghebbende komt ook niet in aanmerking voor de vrijstelling krachtens de speciale regeling voor “non-habitual residents” bedoeld in artikel 16 van de PIT, omdat hij een reguliere inwoner is van Portugal. In dit geval wordt voldaan aan de eisen die artikel 18 van het Verdrag stelt om het heffingsrecht over de pensioenuitkeringen toe te wijzen aan Portugal.
    Volgt gegrondverklaring van het hoger beroep.
    Vindplaatsen: Rechtspraak.nl
    Uitspraak GERECHTSHOF ’s-HERTOGENBOSCH
    Team belastingrecht Meervoudige Belastingkamer Kenmerk: 17/00200
    Uitspraak op het hoger beroep van [belanghebbende] , wonende te [plaats 1] (Portugal),
    hierna: belanghebbende, tegen de uitspraak van de Rechtbank Zeeland-West-Brabant te Breda (hierna: de Rechtbank) van 28 februari 2017, nummer BRE 16/2858, in het geding tussen belanghebbende, en de inspecteur van de Belastingdienst

    Antwoord
  7. Commentaar:

    De gunstige uitspraak voor de buitenlands belastingplichtige, wonend in Portugal, met uit Nederland afkomstig pensioen, sluit aan bij de hierboven genoemde uitspraak van het Hof Den Haag. Het ongemakkelijke in deze zaak is dat zowel door het hof bepaald, als door belanghebbende erkend, dat ten onrechte voor slechts 15% van het ontvangen pensioen aangifte gedaan is in Portugal bij de Portugese belastingdienst. Is hier nu sprake van een rechtmatige aangiftepraktijk naar Portugees recht of niet? Hoe dan ook: ook voor het Hof Den Bosch staat de onderworpenheidstoets op het Nederlandse pensioen in de uitleg van verdrag en Portugese wetgeving centraal.

    Antwoord
  8. Bedankt Jan! Vraag me af of er een goede Nederlandse (juridische) vertaling van dat complexe artikel 54 is. In het bijzonder punten 3 en 4. Google translate werkt maar daar wordt het niet duidelijker van.

    Antwoord
  9. Dus toch vrijstelling voor 10 jaar op je AOW uitkering in Portugal?

    Antwoord
    • @de Windt

      De 10-jaars vrijstelling die u noemt duidt erop dat er dan gebruik gemaakt wordt van de specifieke Portugese regeling residentes não habituais regeling (RNH) . Indien er tevens sprake is van ander pensioen vanuit Nederland zal al snel voldaan zijn aan het (cumulatief) bepaalde in art. 18 lid 2 van het belastingverdrag met Portugal. Dat wil zeggen dat Nederland over het Nederlandse pensioen en lijfrente en de AOW het heffingsrecht naar zich toe mag trekken. (Terzijde: hoe het precies zit als men slechts AOW geniet en geen ander _Nederlands- pensioen, is een aparte discussie over art. 18 lid 2 waard.)
      De arresten van de Rechtbank Zeeland en (in hoger beroep) het recente van Hof Den Bosch hebben echter exclusief betrekking op iemand die als gepensioneerde nu juist geen beroep deed op de RNH regeling, en aan de gewone regeling voor belastingheffing van Portugal onderhevig is. In dat geval, en dus niet bij toepassing van de RNH regeling, is het voor Nederland niet mogelijk om het heffingsrecht van Portugal over te nemen, ook niet over de AOW, zo is nu tot in hoogste instantie vastgesteld. het ging daarbij in essentie om de vraag hoe art.18 lid 2, en dan bijzonder de daar genoemde tweede voorwaarde, moet worden uitgelegd. Buiten bereik van de Nederlandse rechter blijft nu ook dat onder de gewone Portugese regeling het mogelijk is om slechts 15% van het ontvangen pensioen ter aangifte voor Portugese belastingheffing te brengen (afhankelijk van de nadere condities die de Portugese belastingwetgeving stelt). Dat is uiteraard een aanzienlijk voordeel.
      Het is mij niet bekend of degenen die al voor de RNH regeling hebben gekozen daarvan alsnog (en misschien met enige terugwerkende kracht?) kunnen afzien ten gunste van toepassing van de gewone Portugese belastingwetgeving (even afgezien van andere voordelen die de RNH regeling ook biedt).Gezien de nu ontstane Nederlandse jurisprudentie lijkt dat de moeite waard te onderzoeken.

      Antwoord
      • Naar aanleiding van de reactie van de heer de Windt:

        Bedankt, weet uit eigen ervaring dat iets aanpassen met terugwerkende kracht in Portugal heel moeilijk is.
        Van de ene discussie naar een ander punt, u heeft het over de Portugese nadere condities m.b.t. de saldoregeling, ook wel 15% regeling genoemd.
        We hebben allen de bijdrage betaald/ en /of nog steeds voor onze AOW opbouw. Er zijn Nederlanders in Portugal die dat interpreteren als het opbouwen van kapitaal waaruit de AOW betaald wordt. Komt volgens u AOW in Portugal ook in aanmerking voor die Portugese saldomethode, en dus die 15% regeling?

      • Volgens mij niet omdat de AOW niet gefinancierd is via kapitaaldekking, hetgeen vereist is volgens art. 54.1 CIRS van Portugal.

      • Bedankt voo de uitleg. Inderdaad bedoelde ik de regeling voor NHR. Sec genomen levert dus de gewone ingezetene regeling een pseudo belastingvrijstelling op voor onbepaalde termijn. Zie ik dit juist? Vriendelijke groeten

      • Sorry voor de late reactie …

        Jan de Voogd schreef:
        Het is mij niet bekend of degenen die al voor de RNH regeling hebben gekozen daarvan alsnog (en misschien met enige terugwerkende kracht?) kunnen afzien ten gunste van toepassing van de gewone Portugese belastingwetgeving (even afgezien van andere voordelen die de RNH regeling ook biedt).Gezien de nu ontstane Nederlandse jurisprudentie lijkt dat de moeite waard te onderzoeken.

        Als je de NHR status hebt, kan je elk jaar kiezen of je er gebruik van maakt of niet. M.a.w. je kan kiezen om volgens NHR belast te worden of niet. In sommige situaties kan NHR tot een hogere belasting leiden.

  10. Heden kreeg ik deze email:

    Ten antwoord op uw e-mailbericht van 3 september 2018 kan ik u meedelen dat de staatssecretaris geen cassatieberoep instelt tegen de uitspraak met kenmerk ECLI:NL:GHSHE:2018:2263.

    De toelichting van deze beslissing van de staatssecretaris kunt u vinden op http://www.rijksoverheid.nl:

    Verdrag Portugal: Geen cassatie in zaak over pensioenuitkering
    Intrekking beroepschrift in cassatie van 24-08-2018, nr. 2018-00000144938, n.a.v. Hof ’s-Hertogenbosch, 25 mei 2018, nr. 17/00200, ECLI:NL:GHSHE:2018:2263.

    Inhoudsindicatie uitspraak Hof op rechtspraak.nl. De staatssecretaris trekt zijn (pro forma) beroepschrift in cassatie in. Ter toelichting merkt hij het volgende op.
    Het Gerechtshof ‘s-Hertogenbosch (het Hof) heeft onderzocht of het brutobedrag
    van de pensioenuitkering van belanghebbende ingevolge het Portugese recht voor
    minder dan 90 percent in de belastingheffing wordt betrokken.
    Het Hof heeft in dat verband vastgesteld dat belanghebbende gemotiveerd heeft
    gesteld dat hij in Portugal niet in aanmerking komt voor de vrijstelling krachtens
    de speciale regeling voor “non-habitual residents”, omdat hij een reguliere inwoner
    is van Portugal.
    Het Hof is voorts op grond van Portugese wetteksten en de toelichting op het
    Portugese recht, gegeven door het Portugese Ministerie van Financiën, tot het
    oordeel gekomen dat de zogenoemde Portugese saldomethode in het onderhavige
    geval toepassing mist.
    Het Hof is daarom van oordeel dat de pensioenuitkering van belanghebbende
    volledig aan Portugese belastingheffing is onderworpen, zodat deze ingevolge het
    Verdrag ter heffing aan het woonland is toegewezen.
    Mede gelet op de in artikel 79, lid 1, onderdeel b, van de Wet op de rechterlijke
    organisatie, opgenomen onmogelijkheid te casseren wegens schending van het
    recht van vreemde staten, zie ik onvoldoende mogelijkheden om het bovenstaande
    oordeel in cassatie met succes te bestrijden.

    Ik hoop u zo voldoende geïnformeerd te hebben.

    Met vriendelijke groet,

    Publieksvoorlichting
    Ministerie van Financiën

    Antwoord
  11. Referentie: Uitspraak van het Hof ’s-Hertogenbosch, 25 mei 2018, nr. 17/00200, ECLI:NL:GHSHE:2018:2263.

    Geachte heer de Voogd,

    Mag ik concluderen dat ik wanneer ik emigreer naar Portugal en mij laat registreren als inwoner (dus niet als NHR), dat mijn volledige Pensioen inkomen (exclusief AOW) onderhevig is aan Portugese belasting heffing?

    Nb. Momenteel woon ik nog in Nederland en geniet mijn inkomen in Nederland. Ik heb een huis in Portugal, een NIF nummer en het huis staat geregistreerd als A.L.
    Na mijn het bereiken van mijn Pensioen leeftijd willen wij 100% gaan wonen in Portugal

    Antwoord
  12. Wat de registratie van uw Portugese huis betreft, heb ik geen oordeel- ik weet niet wat afkortingen en die registratie belastingtechnisch zouden betekenen.
    Wat uw pensioen betreft is het antwoord op uw vraag mede afhankelijk van de wijze van opbouw in Nederland (toch geen ander land?), is geschied. art. 18.2.a. van
    het verdrag gaat op die voorwaarde in: Nederland moet uw pensioen gefacilieerd hebben wil er heffingsrecht van Nederland kunnen ontstaan. 18.2.c. stelt als
    voorwaarde dat het totale pensioen vanuit Nederland meer dan 10000 Euro jaarlijks moet bedragen, samen met AOW,wil Nederland heffingsrecht kunnen krijgen. Meestal is dat zo.

    Ik neem verder maar bij voorbaat aan dat voldaan is aan wat het arrest Hof Den Bosch staat: “Artikel 54, lid 1, van de PIT is in het geval van belanghebbende niet van toepassing, aangezien de pensioenpremies in Nederland niet tot het loon behoorden, dan wel aftrekbaar waren. ”
    En dat dus ook voor u zal gelden: “In dit geval wordt voldaan aan de eisen die artikel 18 van het Verdrag stelt om het heffingsrecht over de pensioenuitkeringen toe te wijzen aan Portugal.”

    Zoals gezegd, is het ongemakkelijke in deze zaak dat desalniettemin slechts voor 15% van het pensioeninkomen door Portugal in de Bossche zaak in de belastingheffing werd betrokken. Voorzichtiger is , lijkt me, aan te nemen dat 100% van het pensioeninkomen erin moet worden betrokken wil artikel 18 (dat heffing aan de bronstaat
    toewijst) niet van toepassing kunnen zijn.
    Ten slotte: Nederland wil in alle verdragen bronstaatheffing opnemen. Dus het verdrag met Portugal kan ook gaan veranderen. Momenteel zijn volgens mij echter geen onderhandelingen gaande.

    Antwoord
  13. Het artikel “Kan ik belastingvrij met pensioen in Portugal?” met belangstelling gelezen.
    Misschien is het goed om de conclusie “Nee, dat kan niet” al in een eerder stadium te noteren, samen met de conclusie dat in de regel AOW en pensioen voor 100% (en niet slechts voor 15% of 35%) in de Portugese inkomstenbelasting wordt betrokken als men in Portugal woont. Alleen ABP pensioen wordt in Nederland belast.

    Antwoord
  14. ECLI:NL:GHSHE:2018:4539
    Uitspraak delen
    Instantie
    Gerechtshof ’s-Hertogenbosch Datum uitspraak 01-11-2018 Datum publicatie 22-01-2019 Zaaknummer 17/00393 Formele relaties
    Eerste aanleg: ECLI:NL:RBZWB:2017:2772, Bekrachtiging/bevestiging Rechtsgebieden Belastingrecht Bijzondere kenmerken
    Hoger beroep Inhoudsindicatie
    Inkomstenbelasting. Vaststellingsovereenkomst (ter zitting) tot stand gekomen? Vertrouwen gewekt? Belastingverdrag Nederland – Portugal. Komt het heffingsrecht over de door belanghebbende ontvangen uitkeringen aan Nederland toe? Bewijslastverdeling. Verzuimboete passend en geboden? Hoger beroep ongegrond.plaatsen Rechtspraak.nl

    Daaruit:
    2 Feiten
    Op grond van de stukken van het geding en het onderzoek ter zitting zijn in deze zaak de volgende feiten en omstandigheden voor het Hof komen vast te staan:
    2.1.
    Belanghebbende woont in het onderhavige jaar in Portugal en heeft de Nederlandse nationaliteit. Belanghebbende was in het onderhavige jaar vanaf [datum] gedetineerd in Portugal.
    2.2.
    Belanghebbende heeft in 2011 een uitkering van [X] van € 53.654 en een AOW uitkering van de Sociale Verzekeringsbank (SVB) van € 5.876 ontvangen.
    2.3.
    Belanghebbende is uitgenodigd tot het doen van aangifte inkomstenbelasting voor het jaar 2011. Bij brief van 14 september 2012 is belanghebbende aangemaand tot het doen van aangifte. Volgens de aanmaningbrief moest de aangifte uiterlijk op 5 oktober 2012 door de Belastingdienst zijn ontvangen. De aanmaning is verstuurd naar het adres van belanghebbende, [adres] , [postcode] , [woonplaats] in Portugal.
    2.4.
    Namens belanghebbende is op 12 oktober 2012 de aangifte ingediend. Volgens de ingediende aangifte bedroeg het belastbare inkomen uit werk en woning € 53.654.

    4.10.
    Naar het oordeel van het Hof ligt het op de weg van belanghebbende om als meest gerede partij nader bewijs te leveren van zijn – door de Inspecteur betwiste – stelling dat in het onderhavige geval artikel 18, tweede lid, van het Belastingverdrag geen toepassing moet vinden, omdat aan de daarin gestelde voorwaarden om het heffingsrecht aan Nederland toe te wijzen niet is voldaan. Belanghebbende is daarin niet geslaagd met het overleggen van slechts een verklaring van de Portugese autoriteiten dat hij in Portugal regulier inwoner is. Daarmee is niet komen vast te staan dat de door belanghebbende van [X] ontvangen bedragen in Portugal voor ten minste 90 percent in de belastingheffing worden betrokken.
    4.11.
    Ook overigens heeft belanghebbende, tegenover de betwisting door de Inspecteur, niet aannemelijk gemaakt dat op grond van artikel 18 van het Belastingverdrag de heffing zou zijn toegewezen aan Portugal.

    Antwoord
  15. Zeer interessante and moeilijke materie. Bedankt voor ieders bijdragen.
    Ik onderzoek waar ik het beste met pensioen kan gaan wonen; b.v. Portugal. Ik heb tot mijn 32ste in NL gewoond en gewerkt. Vervolgens werk ik al ruim 30 jaar in Frankrijk. Mijn “AOW” zal dus door Frankrijk worden betaald, maar die verhaalt (wanneer ik eenmaal 67 ben) een stukje op NL. Geen aanvullend pensioen in NL, wel in FR.
    Benieuwd dus hoe de belastingen in NL en FR kunnen reageren bij gebruik van de Portugese regeling residentes não habituais regeling (RNH), dwz 10 jaar belastingvrij wonen?

    M.vr.groet
    Will

    Antwoord
    • Volgens mij keert de SVB na bereiken van AOW leeftijd een gekorte AOW uit, na toepassing van anticumulatiebepalingen uit Vo883/2004 (dus geen uitkering door Frankrijk met stukje verhaal op Nederland). Daarnaast uw Franse pensioen(en) bij bereiken van Franse pensioenringsleeftijd(en) ook onder toepassing van anticumulatiebepalingen Vo883/2004. Woont u dan in Portugal dan zal onder gebruikmaking van RNH regeling Nederland heffingsrecht krijgen over uw AOW (en gezien uw historie vermoedelijk geen toepassing van de kbb-regeling), gegeven het thans geldende belastingverdrag P-N. Voor de voorziene behandeling van uw Franse inkomen in Portugal moet u het Frans-Portugese belastingverdrag raadplegen.

      Antwoord
  16. Dank u wel voor uw heldere artikel. Ik heb echter voor mijn duidelijkheid toch nog een vraag: Ik krijg over een jaar mijn AOW en pensioen van het ABP omdat ik gemeente ambtenaar ben. Het jaar daarna gaat mijn man vervroegd zijn pensioen ontvangen van het ABP, hij is rijksambtenaar. Wij willen daarna in Portugal gaan wonen. Betekent dat dan dat wij alleen in Nederland alle (inkomsten) belasting betalen en niets in Portugal? Kunnen we dan ook een Portugese hypotheek voor de woning in Portugal in Nederland aftrekken?

    Antwoord
  17. Dat is niet zonder meer te zeggen omdat u onvoldoende details geeft, en hangt af van vragen als:
    1. Of wel of niet voor Portugese RNH gekozen wordt (en kan worden) bij vestiging in Portugal.
    2. Of de ABP pensioenen inderdaad overheidspensioenen zijn. Dat hangt niet af van de vraag waar de laatste baan is vervuld, maar welke werkgevers gedurende de carrière tot opbouw ABP pensioen hebben geleid en of dat steeds overheidswerkgevers waren. Bij overheidspensioen is art. 19 van toepassing voor heffingsrecht toewijzing (zie hierna)
    3. Voor toewijzing (op basis van belastingverdrag) van heffingsrecht over niet-overheidspensioenen en AOW (in totaliteit bezien) is –zie hieronder- art. 18 lid 1 van belang (toewijzing aan Portugal als woonstaat) of toewijzing aan Nederland (indien cumulatief aan art. 18 lid 2 de drie genoemde voorwaarden is voldaan – een en ander mede tegen de achtergrond van eerder genoemde jurisprudentie.
    4. Er kunnen nog andere inkomensbronnen zijn , die naar het verdrag, wel of niet aan Portugal zijn toe te wijzen
    5. Nederlandse hypotheekrenteaftrek van een verhypothekeerde eigen woning in Portugal is, net als andere Ned. fiscale voordelen, afhankelijk van de vraag of men aan de kriteria van de KBB regeling voldoet. Zie daartoe elders op deze site.

    Uit het Portugees-Nederlandse belastingverdrag:

    Artikel 18. Pensioenen, lijfrenten en sociale zekerheidsuitkeringen

    • 1 Onder voorbehoud van de bepalingen van artikel 19, tweede lid, zijn pensioenen en andere soortgelijke beloningen betaald aan een inwoner van een Verdragsluitende Staat ter zake van een vroegere dienstbetrekking alsmede lijfrenten betaald aan een inwoner van een Verdragsluitende Staat, slechts in die Staat belastbaar. Ieder pensioen en andere uitkering betaald krachtens de bepalingen van een sociale zekerheidsstelsel van een Verdragsluitende Staat aan een inwoner van de andere Verdragsluitende Staat, zijn slechts in die andere Staat belastbaar.
    • 2 Niettegenstaande het bepaalde in het eerste lid, mag een pensioen of andere soortgelijke beloning, lijfrente, of ieder pensioen en andere uitkering betaald krachtens de bepalingen van een sociale zekerheidsstelsel van een Verdragsluitende Staat, ook worden belast in de Verdragsluitende Staat waaruit deze afkomstig is, overeenkomstig de wetgeving van die Staat:
    o a. indien en voor zover de aanspraak op dit pensioen of andere soortgelijke beloning of lijfrente in de Verdragsluitende Staat, waaruit het pensioen of andere soortgelijke beloning of lijfrente afkomstig is, van belasting is vrijgesteld, dan wel de met het pensioen of andere soortgelijke beloning of lijfrente samenhangende bijdragen aan de pensioenregeling of verzekeringsmaatschappij, in het verleden bij het bepalen van het in die Staat belastbare inkomen in aftrek zijn gebracht, dan wel anderszins in die Staat in aanmerking zijn gekomen voor een fiscale faciliëring; en
    o b. indien en voor zover dit pensioen of andere soortgelijke beloning of lijfrente in de Verdragsluitende Staat, waarvan de genieter van het pensioen of andere soortgelijke beloning of lijfrente inwoner is, niet tegen het algemeen van toepassing zijnde belastingtarief voor inkomsten verkregen uit niet-zelfstandige arbeid, dan wel het brutobedrag van dat pensioen of andere soortgelijke beloning of lijfrente voor minder dan 90 percent, in de belastingheffing wordt betrokken; en
    o c. indien het totale brutobedrag van de pensioenen en andere soortgelijke beloning of lijfrenten en ieder pensioen en andere uitkering betaald krachtens de bepalingen van een sociale zekerheidsstelsel van een Verdragsluitende Staat, in enig kalenderjaar een bedrag van 10.000 Euro te boven gaat.
    Art.19 lid 2
    • a. Pensioenen, betaald door, of uit fondsen in het leven geroepen door, een Verdragsluitende Staat of een staatkundig of administratief onderdeel of een plaatselijk publiekrechtelijk lichaam daarvan, aan een natuurlijke persoon ter zake van diensten bewezen aan die Staat of dat onderdeel of dat publiekrechtelijk lichaam, zijn slechts in die Staat belastbaar.
    • b. Deze pensioenen zijn echter slechts in de andere Verdragsluitende Staat belastbaar, indien de natuurlijke persoon inwoner en onderdaan is van die Staat.

    Antwoord
    • Dank u wel voor uw antwoord. Mijn man heeft zijn ABP pensioen opgebouwd als gemeente -en rijksambtenaar en ik heb mijn pensioen vanuit gemeente ambtenaar opgebouwd.wij hebben geen andere werkgevers gehad.
      Wij willen ons als inwoner laten registreren in Portugal, dus dan is RNH toch geen keuze mogelijkheid?
      Verder vraag ik me wel af hoe het vanaf 1 januari 2020 gaat met de intreding van de Wet normalisering rechtspositie ambtenaren. Als ambtenaren dan onder het privaatrecht vallen kan er dan nog sprake zijn van een overheidspensioen zijnde het ABP?

      Antwoord
      • U kunt een persoonlijk antwoord krijgen, toegesneden op uw situatie, als u lid bent van de VBNGB

      • Dank u wel voor uw antwoord, ik ga me aanmelden als lid als ik gepensioneerd ben.
        Met vriendelijke groet.

      • Dat kan, maar gepensioneerd zijn is geen voorwaarde: onderschrijven van de doelstellingen van de VBNGB is voldoende.

      • Dag meneer de Voogd,

        Graag vraag ik ook een persoonlijk advies. Richt ik die vraag via dit reactieveld of stuur ik u een persoonlijke email?

      • U kunt mij mailen via voogdj@vbngb.eu. Voor persoonlijk advies moet u lid zijn van de VBNGB.

      • Fijn, ik ben lid en ik heb inmiddels al via het interformulier mijn vraag gesteld. Veel dank alvast!

  18. In de Telegraaf van zaterdag 7 november 2020 las ik het volgende .

    Pech voor Fiscus

    AOW belast in Portugal.

    Goed nieuws voor wie de oude dag in de Portugese zon wil doorbrengen. Wie een Nederlandse uitkering zoals AOW ontvangt en in Portugal woont,kan alleen daar worden belast.Diegene hoeft niet ook nog eens af te tikken bij de Nederlandse fiscus.Dat heeft de Hoge Raad ,na uitgebreide bestudering van het belastingverdrag tussen Portugal en Nederland,besloten. Eerder stelde de advocaat-genegaal, de belangrijkste adviseur van de Hoge Raad, nog dat de dubbele belasting soms wel terecht kan zijn. Overigens betalen pensionado’s uit EU-landen in Portugal de eerste tien jaar dat ze er wonen 0% belasting.

    Antwoord
    • De AG concludeerde niet dat dubbele heffing mogelijk zou kunnen zijn, ook niet over AOW. Verdragen zijn er juist om dubbele heffing te voorkomen. De vraag was aan de orde welke staat over AOW zou mogen heffen: Portugal of Nederland.
      De Hoge Raad beslist nu dat de heffing over de AOW altijd aan Portugal toevalt. De heffing van 0% gedurende 10 jaren door Portugal is niet per se aan de orde. Dat geldt slechts bij keuze voor de Portugese RNH regeling.

      Antwoord
  19. Auteur Steven Creyelman, VB (06873)
    Departement Vice-eersteminister en Minister van Financiën, belast met Bestrijding van de fiscale fraude, en Minister van Ontwikkelingszaken
    Sub-departement Financiën, fiscale fraude en Ontwikkelingssamenwerking
    Titel Belastingvermindering Belgische gepensioneerden.
    Datum indiening 10/02/2020
    Taal N
    Status vraag Antwoorden ontvangen
    Termijndatum 13/03/2020

    Vraag Naar verluidt genieten gepensioneerden met de Belgische nationaliteit en hun domicilie in Portugal van een belastingvoordeel op hun pensioen dat door de Belgische overheid wordt uitgekeerd. Zo zouden zij de eerste tien jaar op hun pensioen geen belastingen betalen. 1. Kunt u dit bevestigen? 2. Geldt dit ook voor gepensionneerden gedomicilieerd in andere landen dan Portugal? 3. Hoe groot is het belastingvoordeel gemiddeld en is dit voor andere landen hetzelfde? 4. Geldt dit stelsel ook voor ambtenaren van de verschillende overheden in dit land?

    Status 1 réponse normale – normaal antwoord – Gepubliceerd antwoord
    Publicatie antwoord B014

    Publicatiedatum 24/03/2020, 20192020
    Antwoord 1. In Portugal bestaat er inderdaad het bijzonder statuut van non-habitual resident individual, waarbij voor een periode van tien jaar het pensioen van deze personen niet belast wordt in Portugal. Dit statuut is voorbehouden aan personen die ervoor kiezen om fiscaal inwoner van Portugal te worden in de zin van de Portugese nationale wetgeving. Hiervoor is het noodzakelijk om er zijn gebruikelijke woonplaats te hebben en er meer dan 183 dagen per kalenderjaar te verblijven. Ik kan u voor de volledigheid nog meedelen dat personen die vanaf 1 januari 2020 het statuut van non-habitual resident individual krijgen, niet langer volledig vrijgesteld zullen worden op hun pensioenen. Zij zullen gedurende tien jaar een forfaitaire belasting moeten betalen in Portugal. 2. Het statuut zoals beschreven in punt 1 is specifiek voor Portugal. De manier waarop het pensioen van een inwoner van een bepaald land belast wordt, hangt af van de interne wetgeving van dat land. Mijn administratie is niet op de hoogte van de verschillende belastingregimes die van toepassing zijn op pensioenen in andere landen. 3. In het geval van deze non-habitual resident individual wordt het belastingvoordeel in Portugal verleend, waardoor de Belgische administratie geen zicht heeft hoe groot dit voordeel gemiddeld zou zijn. Deze personen worden immers volledig als inwoner van Portugal beschouwd, waardoor ze op hun wereldwijd inkomen aan de belastingen in Portugal worden onderworpen. Deze personen zijn, in principe, niet langer inwoner van België en zijn ook niet langer in België aan de personenbelasting onderworpen. Bovendien kent artikel 18 van het Belgisch-Portugees dubbelbelastingverdrag in deze gevallen de heffingsbevoegdheid over de privé-pensioenen aan Portugal toe. 4. Mijn administratie is niet op de hoogte van het feit dat er in het Portugees statuut een onderscheid wordt gemaakt tussen privé-pensioenen en ambtenarenpensioenen. Echter, het pensioen dat voormalige ambtenaren van ons land, die inwoner zijn geworden van Portugal, ontvangen, valt onder de bepalingen van artikel 19 van het Belgisch-Portugees dubbelbelastingverdrag. Deze pensioenen blijven in principe in België belastbaar, tenzij de genieter van het pensioen over de Portugese nationaliteit zou beschikken, zonder ook over de Belgische nationaliteit te beschikken. Alleen in dit laatste geval zou de heffingsbevoegdheid over het Belgisch overheidspensioen aan Portugal toekomen.
    https://www.dekamer.be/kvvcr/showpage.cfm?section=qrva&language=nl&cfm=qrvaXml.cfm?legislat=55&dossierID=55-B014-1082-0204-2019202002045.xml

    Antwoord
  20. Hoe werkt het nu met de nieuwe voorwaarden van NHR regeling; 10% gedurende tien jaar betalen? Je zou denken dat deelnemers aan die NHR regeling dan ook voldoende in Portugal betalen? “normaal” zou zijn nl. 15%*50%tarief is 7.5% dus met 10% wordt niet onvoldoende geheven door de port belastingdienst?

    Antwoord
  21. De nieuwe NHR regeling die in 2020 is ingegaan zou inderdaad gedurende 10 jaren 10% heffing over pensioenen inhouden. Wie er gebruik van maakt, zal m.i. nog blijven voldoen aan het de voorwaarde van art. 18 lid 2(b) van het belastingverdrag met Nederland voor zowel zijn AOW als bedrijfspensioen (aannemende dat het geen overheidspensioen is). Indien het totaal van pensioen meer dan 10000 Euro bedraagt zal Nederland het heffingsrecht over dat bedrijfspensioen onder dat artikellid naar zich toe kunnen blijven trekken onder de de NHR regeling, de AOW niet vanwege de uitspraak van de Hoge Raad.

    Antwoord
  22. Dus die NHR regeling, 10% over totaal pensioen) is nog steeds mogelijk voor Nederlanders in Portugal.
    Betekent dit dat de aow niet in nl belast mag worden (Hoge Raad) maar het bedrijfspensioen wel voor het gedeelte boven de 10000 euro?
    Of wordt het hele bedrijfspensioen in nl belast?

    Antwoord
  23. Graag verneem ik of onderstaande samenvatting anno 2022 juist is:
    1. Inkomsten uit werk in PT en Uitkeringen w.o. AOW in PT belast.
    2. ABP pensioen vzv opgebouwd bij overheid sowieso in NL belast. Anders als Bedrijfspensioen (pensioen met opbouw in kapitaalstelsel en toepassing omkeerregel).
    3. Bedrijfspensioen zonder NHR regime: In PT belast volgens gewoon progressief tarief.
    4. Bedrijfspensioen met NHR regime onder 10K totaal inkomen: In PT belast met 10% over pensioen. Dit is een wat onwaarschijnlijke situatie.
    5. Bedrijfspensioen met NHR regime boven 10K totaal inkomen: Zowel PT als NL belasten. NL zal progressief heffen en NHR heffing-vermindering toestaan, totaal aan PT+NL belasting is dus het NL progressieve tarief. Dat NL hier kan belasten zit hem niet in de 90% bepaling maar in de “niet tegen het algemeen van toepassing zijnde belastingtarief voor inkomsten verkregen uit niet-zelfstandige arbeid” bepaling in artikel 18.2b. In deze vaker voorkomende situatie kan men dus de facto kiezen voor PT progressieve tarief door niet te opteren voor NHR of juist voor het NL progressieve tarief door daar wel voor te opteren, hetgeen vooral gunstig kan zijn als er ook NHR inkomsten zijn uit actieve arbeid.

    Antwoord

Een reactie versturen

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Met het plaatsen van een reactie accepteert u het privacybeleid.