Selecteer een pagina

Vragen aan de Europese Commissie over de Spaanse pensioenen

apr 14, 2018

Op 28 maart stelde Europarlementariër Tania González Peñas de volgende vragen aan de EC over de ontwikkelingen in Spaanse pensioenen, met als aanduiding: “Pensiones indignas en España” ofwel “Insulting pensions in Spain

El colectivo de pensionistas en España se rebela contra el Gobierno: las cuantías de las pensiones más bajas y la pérdida de poder adquisitivo debida a los criterios de revalorización (desvinculación del IPC, 2012) ratificados con la reforma de 2013, están abocando a gran parte de este colectivo a la precariedad, junto con otros colectivos como los trabajadores pobres, al apenas poder subsistir con sus ingresos. En enero de 2019 entrará en vigor el «factor de sostenibilidad», que podría suponer una pérdida de hasta un 40 % de poder adquisitivo en las próximas décadas. Todo ello en una operación que parece querer favorecer el negocio de las pensiones privadas que, además, en España, han dado resultados decepcionantes.
En febrero se presentó una demanda ante el TEDH, invocando la vulneración por parte del Estado español del Convenio nº 102 de la Organización Internacional del Trabajo (OIT), el Convenio Europeo de Derechos Humanos, el Código Europeo de Seguridad Social y la Carta Social Europea.
1) ¿Considera la Comisión que esta política de pensiones del Gobierno respeta, además de la normativa mencionada, el decimoquinto principio del Pilar Europeo de Derechos Sociales?
2) ¿Ha hecho, o va a hacer, la Comisión alguna recomendación al respecto, al Gobierno español? Bron

In het Engels ….

Pensioners in Spain are rebelling against the government. The fall in pensions and loss of purchasing power which have followed the introduction as part of the 2013 reform of new revision criteria (pensions are no longer linked to the consumer price index, 2012) are pushing many pensioners towards severe poverty. This group, along with other sections of society like the working poor, are only just scraping by. In January 2019, the ‘sustainability factor’ will come into force, a measure that could lead to a drop of up to 40% in purchasing power over the next few decades. This is all part of what seems to be a concerted attempt to promote private pension plans, which, incidentally, have yielded disappointing results in Spain.
In February 2018, a complaint was brought before the European Court of Human Rights alleging a breach by the Spanish State of International Labour Organisation (ILO) Convention No 102, the European Convention on Human Rights, the European Code of Social Security and the European Social Charter.
1. Does the Commission think that the Spanish Government’s policy is consistent not only with the instruments referred to above, but also with the 15th principle set out in the European Pillar of Social Rights?
2. Has it made, or will it make, recommendations to the Spanish Government on this matter? Bron

Ter nadere informatie – de situatie in Spanje (Bron: spanjevandaag.com, 15 november 2017)

De hoogte van de pensioenuitkering in Spanje is erg afhankelijk van de regio waar men woont. Want sommige belangrijke zaken in Spanje zijn vreemd genoeg niet helemaal landelijk geregeld en zijn sterk afhankelijk van de regels en wetten in de 17 autonome deelstaten die het land rijk is. Dat geldt ook voor de pensioenen en de hoogte van het maandelijkse bedrag wat gepensioneerden in Spanje ontvangen. Er zijn enorme verschillen waarbij iemand in het Baskenland meer zal ontvangen per maand dan een gepensioneerde in Extremadura fo Galicië.

Er zijn in Spanje enorm grote verschillen in de hoogte van de pensioenuitkering (aow-uitkering) of in het Spaans “pensiones”. Zo ontvangt een gepensioneerde (jubilado) in Pais Vasco (Baskenland) gemiddeld per maand 1.320 euro maar een gepensioneerde in Extremadura of Galicië gemiddeld iets meer dan 881 euro per maand. Dit is te lezen in dit PDF document van het Ministerio de Empleo y Seguridad Social.

Verschillen

Deze verschillen zijn te zien in de onderstaande lijst die door het Ministerie van Werkgelegenheid en Sociale Zekerheid werd gepubliceerd over de maand oktober. Hierop is te zien dat het Spaanse gemiddelde “pensión por jubilación” 1.068,38 euro is, een 1,95% meer dan oktober vorig jaar maar de inwoners van Baskenland, Madrid en Navarra daar met respectievelijk 1.320,62 euro, 1.261,33 euro en 1.210,47 euro ruim boven zitten. Ook de gepensioneerden zullen meer dan het landelijk gemiddelde ontvangen in Asturië met 1.298,78 euro, Aragón met 1.116,41 euro, Cantabrië met 1.135,24 euro, Catalonië met 1.086,60 euro, La Rioja met 1.111,57 euro, Ceuta met 1.160,14 euro en Melilla met 1.119,20 euro.

Inwoners die pensioengerechtigd zijn in de overige autonome deelstaten ontvangen minder dan het landelijk gemiddeld, te weten Castilla y León met 1.046,32 euro, Balearen met 982,24 euro, Castilla-La Mancha met 985,12 euro, Canarische Eilanden met 1.004,79 euro, Comunidad Valenciana met 974,47 euro, Andalusië met 963,50 euro en helemaal onderaan de lijst dus de eerder genoemde deelstaten Galicië met 889,50 euro en Extremadura met 881,03 euro gemiddeld per maand.

Totaal

In totaal zijn er 9.552.302 personen in Spanje die een vorm van een “pensión” ontvangen waarbij meer dan de helft, te weten 5.858.984 personen een uitkering ontvangen voor “jubilación” wat een pensioen is, 2.703.349 vanwege de “viudedad en orfandad” ofwel nabestaandenwet, 948.920 vanwege arbeidsongeschikt en 41.049 voor familiehulp. Het bedrag wat maandelijks uitgekeerd wordt aan alle uitkeringen is opgelopen tot 8,8 miljard euro, een 2,97% meer dan oktober 2016.

Ontwikkeling

Het pensioen in Spanje is dit jaar, net zoals de afgelopen jaren, opnieuw verhoogd maar slechts met 0,25%, het minimale wat de Spaanse regering verplicht is te verhogen. Helaas is de inflatie vele malen hoger waardoor de jubilados er weer op achteruit zijn gegaan. Toch hebben de gepensioneerden in Spanje de afgelopen 10 jaar tussen 2007 en 2017 hun pensioenen met meer dan 25% zien stijgen van 678 euro in 2007 naar 1.068 euro in 2017. Het levensonderhoud is gedurende die 10 jaar echter vele malen duurder geworden dan de 25% aan pensioenverhogingen.

En ter vergelijking: de Nederlandse AOW

Geen landelijke verschillen. Bij een 100 opbouw zijn de bedrage voor gehuwden die beiden de AOW leeftijd hebben als volgt (BronSVB, 1 januari 2018). Bedrag per maand per persoon.

  • Bruto Euro 807,88
  • Loonheffing met heffingskorting Euro 150,17; zonder heffingskorting Euro 0
  • Bijdrage Zvw Euro 45,64
  • Netto met loonheffingskorting Euro 612,07; zonder heffingskorting Euro 762,24

Wanneer u vergelijkbare informatie heeft over de (ontwikkeling van) woonlandpensioenen voor gepensioneerden in uw woonland, reageer dan (ook) gerust met die informatie in onderstaand reactieveld.

0 reacties

Een reactie versturen

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Met het plaatsen van een reactie accepteert u het privacybeleid.