Uit het CIZ rapport
De regels zijn gelijk. Toch is iedereen anders
Stand van de uitvoering mei 2022
Het onderstaande is ook van belang voor verdragsgerechtigden die vanuit eht buitenaldn WLZ- en met name verpleeghuiszorg aanvragen (zie overigens elders op de site over – het ontbreken van – wachttijd in de WLZ)
“ 3. Het stelsel Het CIZ vindt het belangrijk om bij te dragen aan het functioneren van het zorgstelsel door signalen en knelpunten op te halen en te adresseren. Deze signalen en knelpunten worden opgehaald bij onder andere onze medewerkers, die dagelijks uitvoering geven aan de diverse wetten binnen het takenpakket van het CIZ. Maar ook bijvoorbeeld in contact met onze stakeholders en de data die we genereren vanuit onze wettelijke taken. We bespreken deze signalen en knelpunten zeer regelmatig met onze opdrachtgever; het ministerie van VWS. Hierna wordt een aantal van deze knelpunten toegelicht
Eigen bijdrage Cliënten die in Nederland zorg ontvangen die wordt gefinancierd vanuit de Wmo en de Wlz, betalen een eigen bijdrage. Cliënten die zorg ontvangen die wordt gefinancierd vanuit de Zvw, betalen een eigen risico. De hoogte van deze bijdragen verschilt. De Zvw kent een vast jaarlijks eigen risico, in de Wmo is sprake van een vast abonnementstarief en de Wlz kent een hoge en een lage eigen bijdrage, die inkomensafhankelijk is. Cliënten die thuis blijven wonen met een Wlz-indicatie, worden geconfronteerd met een veel hogere eigen bijdrage voor vergelijkbare zorg die eerder vanuit de Wmo/Zvw werd geleverd. Zij krijgen echter geregeld het advies om alvast een Wlz-indicatie aan te vragen in verband met de wachtlijsten voor een zorginstelling. Dit heeft tot gevolg dat cliënten dezelfde zorg blijven ontvangen, in afwachting van een plek in een zorginstelling, maar hier wel een hogere eigen bijdrage voor betalen. Daarnaast zien we dat thuiswonende cliënten aanvragen bij het CIZ indienen waarin zij verzoeken om de Wlz-indicatie te beëindigen vanwege de hoge eigen bijdrage. Dit is in de meeste gevallen echter niet meer mogelijk omdat de cliënt vanwege zijn zorgbehoefte wel toegang heeft tot de Wlz. Verder krijgen we signalen dat de hogere eigen bijdrage in de Wlz een drempel kan vormen voor cliënten om überhaupt een Wlz-indicatie aan te vragen. Ook krijgen we tijdens de aanvraagprocedure verzoeken van cliënten om het onderzoek af te breken nadat zij zijn geïnformeerd over de eigen bijdrage die zij moeten gaan betalen als zij een indicatie krijgen. Het gevolg is dat deze cliënten verstoken blijven van de best passende zorg. Het CIZ informeert (potentiële) aanvragers over de eigen bijdrage, onder andere via onze website, waar naast algemene informatie over de eigen bijdrage, ook een verwijzing naar de website van het CAK te vinden is. Daarnaast voorziet het CIZ cliënten tijdens de aanvraagprocedure actief van informatie over dit onderwerp. Het CIZ vindt het verder van belang dat zorgaanbieders cliënten goed informeren over de (mogelijke) gevolgen van een Wlz-indicatie wanneer zij een dergelijke indicatie als voorwaarde stellen om op de wachtlijst geplaatst te worden. We vragen hier aandacht voor in ons relatiebeheer met zorgaanbieders. We merken dat het geven van informatie cliënten bewust maakt van de eigen bijdrage, het blijft echter een drempel voor cliënten om de overgang te maken naar de Wlz.”
Jan de Voogd zegt
zie ook dit knelpunt:
“Ondertekening Wlz-aanvraag
Cliënten die een aanvraag doen voor de Wlz, moeten deze aanvraag ondertekenen. Op deze
manier weet het CIZ dat de cliënt achter deze aanvraag staat. De wetgeving rondom het
ondertekenen van een Wlz-aanvraag, blijkt in de praktijk lastig. Op het moment dat een
cliënt niet meer kan overzien waarvoor hij een aanvraag doet, moet er eigenlijk een wettelijk
vertegenwoordiger (mentor/curator) zijn die de aanvraag namens de cliënt kan doen. In de
praktijk is dit echter zelden geregeld en zien we dat de familie namens de cliënt de aanvraag
doet. Dit is op grond van de Wlz niet toegestaan. Er zijn echter steeds meer rechtbanken
die van mening zijn dat de familie de cliënt kan vertegenwoordigen en de aanvraag voor
een wettelijk vertegenwoordiger dus niet meer in behandeling nemen. Daarnaast kost het
aanvragen van wettelijke vertegenwoordiging geld. Zowel door (familie van) cliënten als door
zorgaanbieders wordt aangegeven dat deze kosten problematisch kunnen zijn. De wettelijke
vertegenwoordiging die de Wlz vereist, kan in bepaalde gevallen dan niet worden geregeld.
Tot slot wijzen zorgaanbieders erop dat het onlogisch en inconsistent is dat het op grond van de
Wlz niet is toegestaan dat familie namens de cliënt een aanvraag voor Wlz-zorg doet. De familie
mag op grond van de Wet op de geneeskundige behandelingsovereenkomst (Wgbo) wel als
vertegenwoordiger optreden waar het gaat om de zorgverlening voor de cliënt. De Wlz kent een
eigen wettelijk regime voor vertegenwoordiging.
Het CIZ is van mening dat een deel van dit knelpunt opgelost zou kunnen worden als burgers
zich bewust worden van de noodzaak om wensen met betrekking tot vertegenwoordiging voor
de toekomst, tijdig vast te leggen in een (levens)testament of volmacht.
Op die manier legt een burger vast wie, op het moment dat hij hier niet meer toe in staat is,
zijn belangen mag behartigen. Het regelen van wettelijke vertegenwoordiging is dan niet meer
noodzakelijk. In gesprekken met het ministerie van VWS heeft het CIZ dit onder de aandacht
gebracht, VWS verkent hiervoor de mogelijkheden.
Verder ziet het CIZ een oplossing in de verruiming van de Wlz op dit punt, waardoor het wel
mogelijk is dat de partner of familie van de cliënt een aanvraag doet voor de Wlz. Het CIZ is
in gesprek met het ministerie van VWS en de brancheorganisaties om te onderzoeken of een
dergelijke wetswijziging mogelijk kan leiden tot een oplossing voor deze knelpunten.”
Hendrik Philippus Wijmans zegt
Waarom is er geen recht op zorg als je verdragsgerechtigd bent en dus resident in een ander land. Terwijl er wel recht op zorg is volgens je ehic kaart?
Jan de Voogd zegt
Zie mijn columnbijdrage over de zorgbijdrage aan CAK, deel I, waar over zorg voor verdragsgerechtigden binnen EU/EER/Zwitserland staat: “Het dekkingspakket bevat voor degenen die in het gebied bestreken door Vo883/2004 wonen (EU/EER/Zwitserland): het wettelijke zorgpakket van het woonland, wettelijke zorg bij verblijf in het pensioenland Nederland en wettelijk zorg bij tijdelijk verblijf in derde EU/EER staten en Zwitserland onder bepaalde voorwaarden.”
Hendrik Philippus Wijmans zegt
Helaas ambtelijke taal die ik niet begrijp
Jan de Voogd zegt
Het gaat vooral over knelpunten in (de hoogte van) eigen bijdragen in de WLZ zorg (met name: verpleeghuizen betreffend). Die eigen bijdrage is inkomens- en vermogensafhankelijk. Kan ook van belang zijn voor wie vanuit het buitenland een aanvraag doet voor WLZ zorg in Nederland.